Reactieafstand: afstand die nog wordt afgelegd in de reactietijd
s = v ・ t
Reactietijd: tijd tussen het zien en het reageren. (minimaal 2 sec)
Reactietijd afhankelijk van: vermoeidheid, afleiding, medicijnen, drugs, ...
Slide 6 - Tekstslide
Veiligheid in het verkeer
Stopafstand:
Stopafstand: afstand die in het totaal nodig is om tot stilstand te komen.
⟹ stopafstand = reactieafstand + remweg
Slide 7 - Tekstslide
Veiligheid in het verkeer
Veilige snelheid afhankelijk van:
voldoende afstand
veiligheidsmaatregelen in een auto
Veiligheidsmaatregelen in een auto:
airbag, materiaal dashboard, stuurkolom
kooiconstructie, kreukelzone
autogordel, hoofdsteun,
...
Slide 8 - Tekstslide
extra: Veiligheid op de (E)fiets
Veilige snelheid afhankelijk van:
voldoende afstand
macht over het stuur
snelheidsverschil met andere fietsers (etc.)
Dus rijd niet te hard ...
Veiligheidsmaatregelen:
helm!
ken goed je remkracht
anticiperen (vooruitdenken, goed om je heen kijken)
Slide 9 - Tekstslide
§11.4 Veiligheid in het verkeer
16. Bereken de remweg. Gebruik bovenstaande tabel.
a. Op natte klinkers bij een snelheid van 45 km/u.
b. Op vastgereden sneeuw bij een snelheid van 45 km/u.
c. Op een laagje ijs bij een snelheid van 45 km/u.
d. Op een laagje ijs bij een snelheid van 60 km/u
Slide 10 - Tekstslide
§11.4 Veiligheid in het verkeer
17. Twee auto’s rijden met een constante snelheid van 130 km/u achter elkaar. De achterste auto rijdt precies twee seconden na de voorste auto over een pijl op de weg.
Bereken de afstand tussen de twee auto’s.
Slide 11 - Tekstslide
§11.4 Veiligheid in het verkeer
18. Je rijdt met een snelheid van 100 km/u. De auto heeft dan een remweg van 48m en de stopafstand is 90m.
Je houdt twee seconden afstand tot je voorganger.
De 2 secondenregel zegt dat dan de afstand 55,6m is.
Leg uit of de “veilige afstand” voldoet bij een noodstop.