In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Take a seat and chat
In 5 minutes, take turns and tell in English about your may break
2 others will ask AT LEAST one question to the teller
All group members will have told their story
Slide 2 - Tekstslide
Today
Articles
Present simple
Present continuous
Slide 3 - Tekstslide
-> Articles (lidwoorden)
Slide 4 - Tekstslide
Wat weten we nog over de articles?
Slide 5 - Woordweb
A
An
Wanneer het volgende woord met een medeklinkerklank begint
Wanneer het volgende woord met een klinker
klank begint
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
... honest man
Slide 8 - Open vraag
... table
Slide 9 - Open vraag
... uniform
Slide 10 - Open vraag
... evening
Slide 11 - Open vraag
... dish
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Present Simple
HOE - hele ww of he/she/it + s = SHIT regel
WANNEER - tegenwoordige tijd bij gewoontes, feiten en dingen die regelmatig gebeuren
SIGNAALWOORDEN: often, regularly, always, sometimes, frequently, never, on the weekends, Wednesdays
Slide 14 - Tekstslide
Notebook & pen!
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
LEERDOELEN
ik weet wat de Present Continous is
ik kan de Present Continuous maken
ik weet wanneer ik de Present Continuous gebruik
Slide 17 - Tekstslide
Wat is de Present Continuous
tegenwoordige tijd
- ing vorm
je vertaalt het met 'aan het ...'
Slide 18 - Tekstslide
Wanneer gebruik je de present continuous
now / at the moment / listen, ..... / look, .....
iets gebeurt op DIT MOMENT, de handeling is NU AAN DE GANG
Slide 19 - Tekstslide
Hoe maak je de present continuous
vorm van to be (zijn)
AM
ARE
IS
werkwoord
ING
+
+
Slide 20 - Tekstslide
Oh ja!
sommige werkwoorden eindigen op een 'stomme e' (je schrijft hem wel maar je hoort hem niet bij de continuous laat je de e weg)
move - moving
drive - driving
hope - hoping
make - making
Slide 21 - Tekstslide
To Be - WW + ING
Ik... I am playing Het... It is hurting
Jij... You are walking Wij... We are swimming
Hij... He is studying Jullie... You are driving
Zij... She is eating Zij... They are travelling
Slide 22 - Tekstslide
Let's try!
Slide 23 - Tekstslide
I .......... (listen) to music at the moment.
A
am listening
B
are listening
C
is listening
Slide 24 - Quizvraag
They .......... (read) the book The city of bones.
A
are reading
B
am reading
C
is reading
Slide 25 - Quizvraag
Look! The dog .......... (play) with the ball.
A
is play
B
is playing
C
are play
D
are playing
Slide 26 - Quizvraag
Max Verstappen .......... (race) at the track.
A
is raceing
B
are racing
C
is racing
D
are racing
Slide 27 - Quizvraag
We .......... (drink) some tea.
A
am drinking
B
are drinking
C
is drinking
Slide 28 - Quizvraag
It .......... (freeze) in here.
A
is freezing
B
are freezing
C
is freezeing
D
are freezeing
Slide 29 - Quizvraag
Ralph .......... (text) Pete a message.
A
am texting
B
is texting
C
are texting
Slide 30 - Quizvraag
The cows .......... (run) and .......... (jump) in the meadow now.
A
are run
are jump
B
are running
are jumping
C
is running
is jumping
Slide 31 - Quizvraag
The cows .......... (eat) grass.
A
is eating
B
are eating
C
am eating
Slide 32 - Quizvraag
It .......... (rain) right now.
A
is raining
B
are raining
Slide 33 - Quizvraag
Slide 34 - Tekstslide
However, de present continuous gebruik je ook als je over de toekomst praat, voor plannen en afspraken die gemaakt zijn, die vast staan. Fixed arrangements & plans
Slide 35 - Tekstslide
de constructie is hetzelfde vorm van to be + ww + ing
Wanneer: als je over geplande afspraken praat: we are travelling to Scotland in the summer (ticket is geboekt)