Reis door de 10 Tijdvakken van de Geschiedenis

Reis door de 10 Tijdvakken van de Geschiedenis
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Reis door de 10 Tijdvakken van de Geschiedenis

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van de les ken je de 10 tijdvakken van de geschiedenis, inclusief jaartallen, benamingen en belangrijke aspecten.

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al over de 10 tijdvakken van de geschiedenis?

Slide 3 - Woordweb

Prehistorie
Tijd: 3 miljoen v.Chr. - 3000 v.Chr. Benaming: Prehistorie. Belangrijk: jagen, verzamelen, uitvinding van het vuur.

Slide 4 - Tekstslide

Oudheid
Tijd: 3000 v.Chr. - 500 n.Chr. Benaming: Oudheid. Belangrijk: Grieken, Romeinen, ontwikkeling van filosofie en democratie.

Slide 5 - Tekstslide

Middeleeuwen
Tijd: 500 - 1500. Benaming: Middeleeuwen. Belangrijk: Feodalisme, kruistochten, opkomst van steden en handel.

Slide 6 - Tekstslide

Renaissance
Tijd: 1500 - 1600. Benaming: Renaissance. Belangrijk: Humanisme, ontdekkingsreizen, uitvinding van de boekdrukkunst.

Slide 7 - Tekstslide

Ontdekkingsreizen
Tijd: 1500 - 1700. Benaming: Ontdekkingsreizen. Belangrijk: Columbus, Vasco da Gama, globalisering.

Slide 8 - Tekstslide

Gouden Eeuw
Tijd: 1600 - 1700. Benaming: Gouden Eeuw. Belangrijk: Handel, schilderkunst, VOC, Rembrandt van Rijn.

Slide 9 - Tekstslide

Verlichting
Tijd: 1700 - 1800. Benaming: Verlichting. Belangrijk: Rationalisme, Verlichte denkers, Franse Revolutie.

Slide 10 - Tekstslide

Industriële Revolutie
Tijd: 1800 - 1900. Benaming: Industriële Revolutie. Belangrijk: Urbanisatie, stoommachine, fabrieksarbeid.

Slide 11 - Tekstslide

Moderne Tijd
Tijd: 1900 - heden. Benaming: Moderne Tijd. Belangrijk: Wereldoorlogen, Koude Oorlog, globalisering, technologische revolutie.

Slide 12 - Tekstslide

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 13 - Open vraag

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 14 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 15 - Open vraag