Introductie tijdvakken: Wat ging er vooraf aan de renaissance?

Wat ging vooraf aan de renaissance?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat ging vooraf aan de renaissance?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geschiedenis is opgedeeld in 10 tijdvakken
10 TIJDVAKKEN:

• Tijd van jagers en boeren (- 3000 voor Christus)/Prehistorie.
• Tijd van Grieken en Romeinen (3000 voor Christus - 500 na Christus)/Oudheid.
• Tijd van monniken en ridders (500 - 1000)/vroege Middeleeuwen.
• Tijd van steden en staten (1000 - 1500)/hoge en late Middeleeuwen.
• Tijd van ontdekkers en hervormers (1500 - 1600)/Renaissancetijd/16e eeuw.
• Tijd van regenten en vorsten (1600 - 1700)/Gouden Eeuw/17e eeuw.
• Tijd van pruiken en revoluties (1700 - 1800)/eeuw van de Verlichting/18e eeuw.
• Tijd van burgers en stoommachines (1800 - 1900)/industrialisatietijd/19e eeuw.
• Tijd van de wereldoorlogen (1900 - 1950)/eerste helft 20e eeuw.
• Tijd van televisie en computer (vanaf 1950)/tweede helft 20e eeuw.

DE EERSTE VIER GAAN WE SNEL DOORHEEN EN KOMEN NIET OP HET EXAMEN.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoek een ANDER plaatje die volgens jou bij de prehistorie past
timer
3:00

Slide 3 - Open vraag

Aan de hand van de (hopelijk) goede plaatjes kan je het verhaal van jagers en verzamelers kort bespreken
klimaatverandering leidde tot ontdekken landbouw

Slide 4 - Tekstslide

Geef kort aan dat door klimaatverandering er behoefte was aan een ander middel van bestaan. Dat dit leidde tot het ontstaan van de landbouw en er hierdoor voedseloverschot ontstond.

Hierdoor ontstonden er verschillende beroepen, steden en sociale lagen ontstaan
 zet op de juiste volgorde
jagers en verzamelaars waren nomaden
Er ontstonden er nieuwe beroepen en het schrift
door de irrigatielandbouw kwam er een voedseloverschot
Door klimaatverandering was er niet genoeg voedsel meer
er ontstond een hiërarchie

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Griekse stadstaten
  • Rond 750 v. Chr. ontstaan er nieuwe steden: stadstaten. 

  • Akropolis: hoge stad: belangrijkste tempels. Polis: stadstaat.

  • Stadstaten bestuurden onafhankelijk van elkaar.; eigen regels. 

  • Vereerden dezelfde goden en hadden dezelfde taal. 
In Griekenland ontstonden meerdere stadsstaten die hun gebied snel wisten uit te breiden.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Was een Griekse filosoof en schrijver, leerling van Socrates en leraar van Aristoteles. Hij is één van de invloedrijkste denkers in de Westerse filosofie. Hij is ook de stichter van de Atheense Akademia, het eerste instittuut voor hoger onderwijs in het westen. Rafaël schilderde Plato als Leonardo da Vinci.
Aristoteles was een Griekse filosoof en wetenschapper die samen met Socrates en Plato worden beschouwd als één van de invloedrijkste klassieke filosofen uit het westen. Hij was lid van Plato's Akademeia. Aristotles is de leermeester van Alexander de Grote.
Socrates was een klassieke Griekse filosoof. Hij wordt beschouwd als één van de grondleggers van de westerse filosofie. Hij heeft zelf niks opgeschreven, alles is later opgeschreven door zijn leerlingen waaronder Plato. 
Pythagoras was filosoof die tegenwoordig vooral bekendheid geniet vanwege zijn wiskundige stelling; Stelling van Pythagoras (A²+B²=C²)
Archimedes wordt gezien als één van de grootste wiskundige allertijden. In zijn eigen tijd werd hij vooral gewaardeerd vanwege zijn natuurkundige en technische uitvindingen. Er is een natuurkundige wet naar hem vernoemd die nog steeds bij natuurkunde wordt gevraagd; wet van Archimedes en hij is bekend van zijn hefboom.
Archimedes zou gezegd hebben met betrekking tot de hefboom: Geef me een plaats om te staan en ik breng de aarde in beweging.
- De Grieken hadden angst voor een te machtige leider:
- filosofen debateerden over wat het beste bestuur is

Wetenschappers waren bezig met nadenken over natuurverschijnselen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het Romeinse Rijk

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Romeinse keizers waren strenge heersers
ze lieten imposante bouwwerken na

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De klassiekecultuur van de Grieken en de Romeinen
architectuur
uitvindingen
wetenschap/ filosofie
beeldhouwwerken
kleding
toneel 
zelfde goden

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koppelen begrip aan juiste afbeelding
val van Rome
nomaden
Vormentaal
Democratie
eerste steden

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

In 476 na Christus viel het Romeinse Rijk. Bijna alles wat ze gemaakt hadden verdween.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vroege middeleeuwen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Late middeleeuwen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik had een bediende
1
Ik leefde in een stad
2
Ik geloof in meerdere goden
3
Ik  las boeken van filosofen
4
Mijn huis is voorzien van vloerverwarming
5
Wanneer leefde ik?
Vroege Middeleeuwen
Late middeleeuwen
Prehistorie
Oudheid
Romeinen
eerste steden
oudheid
Grieken

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geschiedenis-domino! Leg de stenen op de goede plek zodat de juiste volgorde ontstaat.
timer
1:00

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies