In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Vragen over de vorige les????
Slide 1 - Tekstslide
Entremetier
Slide 2 - Tekstslide
0
Slide 3 - Video
Groenten
Groenten zijn de eetbare delen van een plant. We eten van de plant de stengels, knollen, wortelen, bloemen, bladeren, kiemen of vruchten als groente. Soms eten we alle delen van de plant, soms alleen een bepaald onderdeel.
Slide 4 - Tekstslide
Geef een voorbeeld van een vruchtgroente.
Slide 5 - Woordweb
Soorten les 2
Slide 6 - Tekstslide
Leerdoelen
Slide 7 - Tekstslide
Opdrachten les 2
Boek warenkennis 1
Je maakt deze week in de PDF groente vraag 19 t/m 29 af en levert deze in via teams opdrachten.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Spinazie
Raapstelen
Andijvie
Slide 10 - Sleepvraag
Tijd
Je hebt nu 45 minuten om de hoofdstukken te lezen en de opdrachten te maken.
Succes en tot straks!
Slide 11 - Tekstslide
Samenvatting
Groenten kun je onderverdelen in verschillende categorieën: vruchtgroenten, bladgroenten, knollen en wortelen, kolen, stengelgroenten, uitgewassen, peulvruchten, kiemgroenten en cressen en zeewieren.
We eten van de plant de stengels, knollen, wortelen, bloemen, bladeren, kiemen en vruchten als groente. Van bladgroenten eten we vooral de bladeren. Denk aan sla, spinazie, andijvie, witlof, raapstelen, postelein, snijbiet en lamsoren.
Je kunt knollen en wortelen van elkaar onderscheiden door hun vorm: wortelgroenten herken je aan de penvorm en knolgroenten herken je aan de ronde verdikking in de wortel.
Je kunt kolen onderverdelen in bladkolen, bloemige kolen, kropkolen en spruitkolen.
Slide 12 - Tekstslide
In welk seizoen koop je de groente vd foto?
Slide 13 - Open vraag
Heb je tips of tops over de les?
Slide 14 - Open vraag
Praktijk opdracht
Bedenk in de mei vakantie een vegetarisch gerecht met seizoensgroente en beschrijf het recept.
Als je het gerecht kookt maak een foto en deel deze in de teams site.