Rapporteren van zorg

Rapporteren
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Rapporteren

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de les:
  • weet je wat rapporteren is
  • weet je waarom je moet rapporteren
  • weet je hoe je moet rapporteren

Slide 2 - Tekstslide

Wat is rapporteren?
= systematisch vastleggen en/of overdragen van gegevens, afkomstig van subjectieve en objectieve gegevens

 

  • Mondeling
  • Schriftelijk, heet ook wel verslaglegging

Slide 3 - Tekstslide

Objectief 
  • op feiten gebaseerd
  • iemand wordt niet beïnvloed door gevoel, mening of vooroordeel
Subjectief 
  • op eigen mening gebaseerd
  • iemand wordt beïnvloed door gevoel, mening of vooroordeel (partijdig, bevooroordeeld)

Slide 4 - Tekstslide

Tips bij rapporteren 
  • Schrijf respectvol over de cliënt en zijn naasten;
  • Vermeld wat je hebt afgesproken met de cliënt en/of naasten;
  • Beschrijf alleen feiten en geef niet je eigen mening. Toch mening geven, geef dan duidelijk aan dat het om jouw mening gaat;

  • Schrijf kort, krachtig en volledig zodat navraag niet nodig is.

Slide 5 - Tekstslide

Tips bij rapporteren vervolg 1
• Trek geen conclusies en stel geen diagnoses;
• Reageer op eerdere rapportages of op tussentijdse wijzigingen;
• Gebruik geen afkortingen vermijd vaktaal. Schrijf zodat iedereen
het kan begrijpen;
• Let op taal-, schrijf en typefouten.  

Slide 6 - Tekstslide

Om 12 uur kreeg de cliënt zijn medicatie
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 7 - Quizvraag

Er is bezoek bij cliënt A op zijn kamer
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 8 - Quizvraag

Client A heeft een mooi schilderij hangen op zijn kamer
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 9 - Quizvraag

Client A is op zijn kamer op de grond gevallen
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 10 - Quizvraag

De cliënt is gestruikeld over een slingerende schoen zegt zijn bezoek
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 11 - Quizvraag

Eigen schuld, dikke bult. De cliënt laat ook altijd alles slingeren
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 12 - Quizvraag

SOAP/SOEP methode
De SOAP/SOEP methode kan zorgen voor eenduidigheid
en kwaliteit in onze rapportages. Niet alle rapportages hoeven of kunnen volgens de SOAP/SOEP uitgeschreven worden. Het kan ook voorkomen in een situatie dat niet alle letters ingevuld kunnen worden. 

Slide 13 - Tekstslide

Wat betekent elke letter?
Subjectief: Informatie afkomstig van de cliënt zelf: Wat zegt de cliënt over zijn/haar eigen belevingen (of wat zegt familie)?
Objectief: Directe observatie van de situatie door jou: het gedrag van de cliënt zoals jij dit waarneemt.
Analyse/Evaluatie: Conclusie getrokken uit subjectieve (S) en objectieve (O)
 gegevens die je hebt verzameld: wat denk je dat er aan de hand is?
Plan: Plan dat is uitgevoerd of uitgevoerd moet worden: wat ga je doen? Wat is de reactie van de cliënt hierop? Hoe moet er verder gehandeld worden?

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide