1h/v - H4 Grammatica: aanwijzend en vragend voornaamwoord

Goedemorgen klas 2C

Vandaag...

- stillezen
- Lezen hoofdstuk 1
Goedemorgen klas 1E

Vandaag...
- Dagopening
- Herhaling H1, H2 en H3
- Woordsoorten H4: aanwijzend en vragend voornaamwoord




 Huiswerk
Vrijdag 18 juni:
- Maken: H3 grammatica (hww en zww)
- Leren: de bijbehorende theorie








Leerdoelen:
- Ik kan zelfstandige naamwoorden, bepaalde en onbepaalde) lidwoorden en (stoffelijk) bijvoeglijke naamwoorden, zelfstandige werkwoorden en hulpwerkwoorden, aanwijzende en vragende voornaamwoorden herkennen

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Goedemorgen klas 2C

Vandaag...

- stillezen
- Lezen hoofdstuk 1
Goedemorgen klas 1E

Vandaag...
- Dagopening
- Herhaling H1, H2 en H3
- Woordsoorten H4: aanwijzend en vragend voornaamwoord




 Huiswerk
Vrijdag 18 juni:
- Maken: H3 grammatica (hww en zww)
- Leren: de bijbehorende theorie








Leerdoelen:
- Ik kan zelfstandige naamwoorden, bepaalde en onbepaalde) lidwoorden en (stoffelijk) bijvoeglijke naamwoorden, zelfstandige werkwoorden en hulpwerkwoorden, aanwijzende en vragende voornaamwoorden herkennen

Slide 1 - Tekstslide

Benoem de werkwoorden in de zin:
Ieder jaar heb ik veel last van hooikoorts.

Slide 2 - Open vraag

Benoem de werkwoorden in de volgende zin:
Hebben jullie al een camping geboekt?

Slide 3 - Open vraag

Vragend voornaamwoord (vr.vnw)
- Een vr.vnw vraagt altijd naar iets of iemand.
- Een vr.vnw kán in een vraagzin staan, maar dat hoeft niet.
- Er zijn vier vragende voornaamwoorden, leer ze uit je hoofd!
    > Wie
    > Wat
    > Welk(e)
    > Wat voor (een)

Slide 4 - Tekstslide

Vragend voornaamwoord (vr.vnw)
- Wie is er met modderschoenen door de woonkamer gelopen?
- Wat is het huiswerk voor morgen?
- Finn wil weten welk snoepje jij het lekkerst vindt.
- Josien vraagt wat voor jurk Cira aantrekt naar het schoolfeest.

Alléén woorden die naar een persoon, dier of ding vragen zijn vr.vnw!
Woorden die naar een plaats, reden, tijd of iets anders vragen, zijn bijwoord!

Slide 5 - Tekstslide

Aanwijzend voornaamwoord (aanw.vnw)
- Een aanw.vnw. wijst naar iets of iemand.
- Soms staat er een zn achter een aanw.vnw., maar dat hoeft niet.
- Aanwijzende voornaamwoorden zijn:
    > deze             > zo'n
    > die                 > zulk(e)
    > dit                  > dergelijk(e)
    > dat

Slide 6 - Tekstslide

Aanwijzend voornaamwoord (aanw.vnw)
Deze ijsjes zijn echt superlekker!
Liza vindt Paula's zandkasteel mooier dan dat van Jesse.
Die nieuwe schoenen van Coen zijn te gek. Ik wil ook zulke!

Slide 7 - Tekstslide

Benoem vr.vnw en aanw.vnw:
Wat vind jij van dat nieuwe boek
van Carry Slee?

Slide 8 - Open vraag

Benoem vr.vnw en aanw.vnw:
Die docent wil weten welke opdrachten we nog moeilijk vinden.

Slide 9 - Open vraag

Benoem vr.vnw en aanw.vnw:
Waarom hebben jullie dit geheim aan zulke onbetrouwbare mensen doorverteld?

Slide 10 - Open vraag

En nu...
Maken:
 - H3 grammatica: zelfstandige werkwoorden en hulpwerkwoorden

(Klaar? Werk verder aan H4 grammatica: aanwijzend en 
vragend voornaamwoord)

Slide 11 - Tekstslide