Wetgeving crisissituaties

Wet- en regelgeving  ten aanzien van crisissituaties 
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wet- en regelgeving  ten aanzien van crisissituaties 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht:
Maak individueel een lijst met 8 activiteiten die je op een dag doet.

Slide 2 - Tekstslide

Stap 1: streep 1 activiteit weg die je niet meer mag doen.
Stap 2: docent loopt langs en streep twee act. weg van de lijst. Hoe was de ervaring voor de student?
Doel van deze les 
Na deze les kunnen jullie uitleg geven over de volgende wetten:

  •  de wet zorg en dwang 
  • de wet verplichte zorg geestelijke gezondheidzorg


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wet zorg en dwang
De Wet zorg en dwang regelt de rechten bij onvrijwillige zorg of onvrijwillige opname van mensen met een 

  • verstandelijke beperking 
  • mensen met een psychogeriatrische aandoening  (zoals dementie).


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar komt de wet vandaan?

De wet BOPZ is per 1 januari 2020 vervangen door:

Wet zorg en dwang
(Wzd)
Wet verplichte GGZ
(Wvggz)




Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Drie uitgangspunten vanuit de wet
Ieder mens heeft recht op vrijheid en veiligheid.
 Dit recht is vastgelegd in de Nederlandse Grondwet.
Leven in vrijheid is normaal.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onvrijwillige zorg mag niet, tenzij..

Er sprake is van 'ernstig nadeel’ en 
er geen andere oplossingen/alternatieven zijn om dat te bestrijden.

Onvrijwillige zorg is een allerlaatste optie

N.B. Vanuit het grondrecht op vrijheid  


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat regelt de WzD:
  • In welke situaties onvrijwillige zorg en/of opname aan de orde kan zijn;​
  • Hoe een besluit tot onvrijwillige zorg genomen wordt; 
  • Wanneer onvrijwillige zorgverlening geëvalueerd moet worden en waar mogelijk afgebouwd kan worden (stappenplan Wzd).

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bedenk eens voor jezelf als:
  • je dagelijks je telefoon moet inleveren als je naar je slaapkamer gaat
  • je elke ochtend om 08.00 uur moet opstaan (ook in het weekend en in vakanties)
  • elke dag om 21.00 uur de lichten uit moeten
  • je niet zelf hebt kunnen kiezen welk broodbeleg op tafel staat
  • je met mensen woont die je niet aardig vindt
  • er kleding voor je is klaargelegd voor de volgende dag
  • er voor je bepaald wordt of je onder de douche kan of niet
  • je de dag na een feestje een urinetest moet doen ter controle op middelengebruik

Wat zou je onprettigst vinden?  Geef een voorbeeld waar jij de vrijheid van een cliënt hebt beperkt en om welke  reden.


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eens of oneens:
  1. Ik weet precies wie mijn cliënt is en ik ken zijn/haar voorgeschiedenis.
  2. Als je niet kunt praten, heb je minder vrijheid.
  3. Slaapmedicatie is minder erg als de deur op slot zit.
  4. Als ik thuis de kast op slot doe, mag dat op de locatie ook.
  5. Vrijheid is belangrijker dan veiligheid.
  6. Groepsregels zijn geen vorm van onvrijwillige zorg.
  7. Een cliënt kan altijd zelf kiezen wat hij wil eten.






Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz)


De Wvggz geldt:  
voor zorgvragers biwie een psychische stoornis leidt tot gedrag dat ernstig nadeel veroorzaakt voor henzelf of voor anderen.



Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is onvrijwillige zorg volgens jou?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

9 categorieën van onvrijwillige zorg

  1. Het toedienen van vocht, voeding en medicatie en medische (be)handelingen bij mensen met een verstandelijke beperking of dementie, voor behandeling van een lichamelijke aandoening
  2. Het beperken van de bewegingsvrijheid
  3. Insluiten
  4. Toezicht op de cliënt
  5. Onderzoek van kleding of lichaam
  6. Onderzoek van woonruimte op drugs en gevaarlijke voorwerpen
  7. Controle op drugs
  8. Beperking in het inrichten van het eigen leven waardoor de cliënt iets moet doen of laten
  9. Beperking in het ontvangen van bezoek


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat herkennen jullie uit de BPV?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden van onvrijwillige zorg
  • Iemand met dementie. Deze zorgvrager mag niet van het terrein van de zorginstelling af, want hij zou verdwalen.
  • Iemand die nog thuis woont en zichzelf verwaarloost. Hij zal tegen zijn wil moeten douchen.
  • Mensen met een verstandelijke beperking die zichzelf soms systematisch verwonden. Zij moeten ’s nachts in een speciale bedstee met zachte wanden slapen. Die bedstee is afgesloten.
  • Mensen die geen remmingen kennen bij het eten of drinken. De koelkast moet dan op slot om gezondheidsschade te voorkomen.



Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappenplan
Het stappenplan in de Wet zorg en dwang (Wzd) regelt de stappen die de zorgverantwoordelijke moet zetten bij de beoordeling of onvrijwillige zorg noodzakelijk is. 

In het stappenplan staat ook welke deskundigen de zorgverantwoordelijke daarbij moet betrekken.


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz)

De Wvggz kent twee procedures om te komen
 tot verplichte zorg:

  1. een zorgmachtiging via de rechter
  2. een crisismaatregel via de burgemeester

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De zorgmachtiging via de rechter


De zorgmachtiging is een machtiging van de rechter 
waarmee verplichte zorg toegepast kan worden bij 
iemand met een psychische stoornis die ernstig nadeel 
tot gevolg heeft. ( BV TBS )

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind jij een ernstig nadeel om de WvGGZ toe te passen?

Slide 22 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

WvGGZ omschrijft ernstig nadeel als 
‘het bestaan van of het ernstig risico op’:
  • levensgevaar voor de cliënt of iemand anders;
  • ernstig lichamelijk letsel voor de cliënt of iemand anders;
  • ernstige psychische, materiële, immateriële of financiële schade voor de cliënt of iemand anders;
  • ernstige verwaarlozing of maatschappelijke teloorgang van de cliënt of iemand anders;
  • ernstig verstoorde ontwikkeling van de cliënt of iemand anders;
  • bedreiging van de veiligheid van de cliënt al dan niet doordat hij onder invloed van een ander
    raakt
  • de situatie dat de cliënt met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept;
  • de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.


Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Crisismaatregel via de burgemeester
  • Een crisismaatregel is een beslissing van de burgemeester. Regelen van verplichte zorg  in een crisissituatie waarin snel ingegrepen moet worden vanwege onmiddellijk dreigend ernstig nadeel. 
  • De burgemeester baseert zich op een medische verklaring van een psychiater. 
  • Een crisismaatregel is maximaal drie dagen geldig. Daarna beslist de officier van justitie over de voortzetting van de crisismaatregel.


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terbeschikkingstelling (tbs)
 
Het is een behandelmaatregel die de rechter oplegt aan mensen die een zwaar misdrijf hebben gepleegd en die lijden aan een persoonlijkheidsstoornis en/of een ernstige psychiatrische stoornis

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vervolg 

Testen van de kennis, hoeveel heb je onthouden?

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht:
Lees de casuïstiek op de volgende twee slides, kies er 1 van en bedenk één of twee alternatieven waar de client (of vertegenwoordiger) mogelijk wel mee instemt of niet tegen verzet.
 A. Wat is de achterliggende gedachte van dit alternatief? 
 B. Zou je dit alternatief ook bij jou op de stage/werkplek kunnen toepassen?

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Mevrouw Terpstra is 94 jaar oud en woont in een zorginstelling. Ze heeft de ziekte van Alzheimer en is in een vergevorderd stadium.

 

Ze slaapt al ruim een jaar met het bedhek omhoog, omdat ze slecht en onrustig slaapt. Bij het kleinste geluid wordt ze 's nachts wakker. 

Job de Haas is een man van 45. Hij komt graag op de Hoeve, een dagbestedingsplek voor mensen met NAH. 

Na zijn ongeluk en 3 weken coma is er blijvende hersenschade ontstaan. De gezamenlijke momenten zorgen voor een stressvolle situatie. Het lukt hem niet om te blijven zitten en te eten. 

Hij accepteert geen medicatie. Daarom is er besloten een half uur voor het middageten verdekt onrustmediactie toe te dienen.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lisa is een jonge meid van 21 met een licht verstandelijke beperking. 
Ze woont in een intramurale voorziening. 's Avonds eten ze samen. In de ochtend en in de nacht is er een slaapdienst aanwezig. Ze is dan vooral veel op haar eigen woon-unit. Hier zit ze veel op haar laptop en telefoon. 

Ze is veel in contact met jongens waarvan niet bekend is wie zij zijn. Lisa heeft een paar keer verteld over de seksuele aard van het contact wat ze heeft. Voor het slapen gaan moet zij haar telefoon inleveren. Uiteraard niet vrijwillig.

Meneer op 't Zand ontvangt pas sinds kort zorg. 
Hij woont nog zelfstandig, maar zijn dochter maakt zich zorgen om zijn verstopgedrag. Hij kan zelf niks vinden, maar ook zij weet niet meer waar alles ligt.

Meneer rommelt verder met zijn medicijnen. 


Zo neemt hij bijvoorbeeld de verkeerde in. Soms vergeet hij zijn medicijnen ook in te nemen. Besloten wordt om zijn medicijnen in een kluisje in de keuken te plaatsen.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Examen b1-k1-W6 
Bespreken van de criteria van het examen en de rubrics die hierbij hoort.


Aandachtspunt: het gebruik van chatgpt 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies