25-01 BS 2 Bloedomloop 2M2

Welkom!
Ga lekker op je plek zitten
volgens de plattegrond

Mobiel in de tas a.u.b.
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Ga lekker op je plek zitten
volgens de plattegrond

Mobiel in de tas a.u.b.

Slide 1 - Tekstslide

Aanwezigheid

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
- Korte opfrisser Basisstof 1
- Leerdoelen
- Uitleg Basisstof 2
- Aan de slag
- Leerdoelen controleren
- Afronding

Slide 3 - Tekstslide

Opfrisser
Wat zit er in bloed?
Welke 4 functies moet bloed kunnen vervullen?

Slide 4 - Tekstslide

De leerdoelen
1. Je kan de 3 types bloedvaten benoemen

2. Je kan uitleggen wat de functie is van de kleine bloedsomloop

3. Je kan uitleggen wat de functie is van de grote bloedsomloop

Slide 5 - Tekstslide

Basisstof 2: de bloedsomloop
Je bloedvaten lopen op de meest efficiënte manier
door je lichaam.
Deze route noemen we de bloedsomloop.
Maar welke route is dat precies?
En zijn er verschillende soorten bloedvaten?

Uitleg 11 dia's 

Slide 6 - Tekstslide

3 soorten bloedvaten
In ons lichaam hebben we 3 soorten bloedvaten:
1. de slagaders
2. de haarvaten
3. de aders

Slide 7 - Tekstslide

Slagaders
De slagaders zijn de grote aders waar veel bloed doorheen kan stromen.
Daarom moeten slagaders ook een stevige, gespierde wand hebben, zodat ze niet knappen.

De naam slagaders is ontstaan om je in deze aderen de hartSLAG kan voelen

Slide 8 - Tekstslide

De haarvaten
De sterke slagaders hebben nu het bloed naar de goede regio gebracht, maar nu moet het nog naar de hele kleine cellen.
Die hebben natuurlijk de zuurstof en de voedingsstoffen nodig voor energie.

De wand van haarvaten zijn daarom heel dun. Ze bestaan uit
maar uit 1 cellaag.

Slide 9 - Tekstslide

De haarvaten
Nadat de haarvaten bij het de cellen van het orgaan zijn geweest, nemen ze de overgebleven afvalstoffen en de koolstofdioxide weer mee.

Ze komen dan weer bij elkaar en gaan dan naar..

Slide 10 - Tekstslide

De aders
De aders zijn (net als de slagaders) wat grotere aders.
Ze zitten vol met afvalstoffen, restafval en koolstofdioxide.



Slide 11 - Tekstslide

Kleppen
Aders gaan weer richting het hart.
Omdat ze niet meer veel druk hebben van het hart, hebben ze kleppen. Die voorkomen dat het bloed
achteruit terug kan stromen.

Slide 12 - Tekstslide

Waarom gaan aders terug naar het hart?
En niet gelijk naar je longen?
Dan kunnen ze toch de koolstofdioxide afscheiden?

Slide 13 - Tekstslide

Kleine en grote bloedsomloop
Je lichaam heeft de bloedsomloop verdeeld in 2 stukken.
Dat komt omdat het anders te lang duurt voordat je organen 
zuurstof krijgen.

Slide 14 - Tekstslide

Waarom is de ene helft van de bloedvaten blauw, en de andere rood?

Slide 15 - Tekstslide

Kleine bloedsomloop

De kleine bloedsomloop
gaat van je hart naar
je longen, 
en weer terug
Grote bloedsomloop

De grote bloedsomloop gaat
van je hart 
naar je organen,
en dan weer terug 
naar je hart

Slide 16 - Tekstslide

Zijn er vragen
De grote en kleine bloedsomloop zijn lastig.
Herhaal ze vaak. Als je er niet uitkomt, mag je altijd vragen.

Je mag nu je boek erbij pakken

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag
Maken: Lees Basisstof 2. Maak van vraag 1 t/m 6
Blz 166 t/m 174 
Tijd: tot ...
Klaar? Nakijken met een andere kleur.
Afmaken basisstof 1 als je die nog niet af had.
Beide nakijken met een andere kleur
Of verder werken aan Basisstof 3 vraag 1 t/m 4

Slide 18 - Tekstslide

De leerdoelen
1. Je kan de 3 types bloedvaten benoemen

2. Je kan uitleggen wat de functie is van de kleine bloedsomloop

3. Je kan uitleggen wat de functie is van de grote bloedsomloop

Slide 19 - Tekstslide

Volgende les

Uitleg Basisstof 3

Huiswerk:

Plenda erbij!
- Maken Basisstof 2
Vraag 1 t/m 8
- Nakijken met 
een andere kleur


Slide 20 - Tekstslide

Alvast fijn weekend!!

Slide 21 - Tekstslide