Proefles

Nederlands


28 november 2022
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Nederlands


28 november 2022

Slide 1 - Tekstslide

Korte kennismaking

Slide 2 - Tekstslide

Wie ben ik? 
  • Naoual Zoulali 
  • Den Haag
  • Lerarenopleiding Nederlands

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
Lesdoel:
Aan het eind van de les weet ik wanneer ik zij, hen en hun gebruik in een zin. 
  • Actieve bijdrage en niet door elkaar praten
  • Telefoon in tas

Slide 4 - Tekstslide

Geheugen opfrissen...

1. Louis van Gaal over wegvallen Frenkie de Jong en Depay: 'Ik houd voor ... plek vrij in WK-selectie'.

Zij, hen of hun? 

Slide 5 - Tekstslide

Geheugen opfrissen...

1. Louis van Gaal over wegvallen Frenkie de Jong en Depay: 'Ik houd voor hen plek vrij in WK-selectie'.

Zij, hen of hun? 

Slide 6 - Tekstslide

Geheugen opfrissen...

2. De 32 landen die meedoen aan het WK voetbal zijn met ... selecties inmiddels allemaal in Qatar.

Zij, hen of hun? 

Slide 7 - Tekstslide

Geheugen opfrissen...

2. De 32 landen die meedoen aan het WK voetbal zijn met hun selecties inmiddels allemaal in Qatar.

Zij, hen of hun? 

Slide 8 - Tekstslide

Geheugen opfrissen...

3. Nederland moet nog tegen Qatar spelen. 
....  spelen dinsdag 29 november 2022 tegen elkaar. 

Zij, hen of hun? 

Slide 9 - Tekstslide

Geheugen opfrissen...

3. Nederland moet nog tegen Qatar spelen. 
Zij spelen dinsdag 29 november 2022 tegen elkaar. 

Zij, hen of hun? 

Slide 10 - Tekstslide

ZIJ
ZIJ = ONDERWERP

Zij hebben vandaag hun best gedaan. 

Slide 11 - Tekstslide

HUN
Bezittelijk voornaamwoord 
Hun boek
Hun tas

Meewerkend voorwerp zonder voorzetsel 
De trainer gaf (aan) hun de online les vandaag.

Slide 12 - Tekstslide

HEN
Lijdend voorwerp
Ik heb hen gisteren gezien.

Na een voorzetsel
Ik geef de boeken aan hen.

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht

  • Wat: Maak de opdrachten hiernaast en noteer de antwoorden (schrift/ laptop)
  • Hoe: maak de opdracht individueel. 
  • Hulp: overleg met je buurman/-vrouw
  • Klaar: kijk in tweetallen opdracht na
  • Tijd: 10 minuten
  • Achteraf: klassikaal overleg




timer
5:00
Vul in: zij, hen of hun:

1. Ik heb geen vertrouwen meer in ……………
2. Wat is …………….adres?
3. Hij heeft ……………….weg zien rijden.
4. Wij hebben ………………..een auto gegeven.
5. Ik heb bij ………………laatst heerlijk gegeten.
6. Geef die pen maar aan ………….
7. Welke kleding dragen …………….?
8. Als je dat voor………….doet, zijn ze vast dankbaar.
9. Ik heb gehoord dat …………… ook naar dat feest gaan.
10. Geef ……….snel een antwoord.

Slide 14 - Tekstslide

Wat heb je geleerd? 

Lesdoel:
Aan het eind van de les weet ik wanneer ik zij, hen en hun gebruik in een zin. 

Slide 15 - Tekstslide