In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Thema 11
basisstof 2: Tien zintuigen van de mens
(blz. 189-191)
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Het je de opdrachten 1 t/m 7 gemaakt en de begrippen van basisstof 2 geleerd?
đđđđđ
Slide 3 - Poll
Waar bevindt zich het lichtzintuig?
A
in je neusholte
B
in je oog
C
achter je oor
D
in de mond
Slide 4 - Quizvraag
Waar bevindt zich het smaakzintuig?
A
in je neusholte
B
in je oog
C
achter je oor
D
in de mond
Slide 5 - Quizvraag
Waar bevindt zich het evenwichtszintuig?
A
in je neusholte
B
in je oog
C
achter je oor
D
in de mond
Slide 6 - Quizvraag
Waar bevinden zich warmtezintuigen?
A
alleen in de huid
B
alleen op de tong
C
zowel in de huid als op de tong
Slide 7 - Quizvraag
Thema 11
basisstof 3: De ogen
(blz. 195-196)
Slide 8 - Tekstslide
Wat weet je al over de ogen?
Slide 9 - Woordweb
Basisstof 3, blz. 195: Uitwendige bouw van het oog
Wenkbrauwen voorkomen dat zweet in de ogen loopt.
Slide 10 - Tekstslide
Wimpers houden zand tegen en beschermen tegenfel licht.
Traanvocht voorkomt uitdroging, spoelt vuil weg en remt de groei van bacteriën.
Slide 11 - Tekstslide
Traanbuizen voeren traanvocht af naar de neusholte.
Oogspieren: hierdoor kunnen de ogen naar alle kanten bewegen.
Slide 12 - Tekstslide
Harde oogvlies (=oogwit), iris (=regenboogvlies) en pupil maken deel uit van de oogbol. Door de pupil komt het licht naar binnen. De iris regelt hoeveel licht naar binnen mag...
Slide 13 - Tekstslide
Basisstof 3, blz. 196: Doorsnede van het oog
Hetglasachtig lichaamhoudt het oog in vorm.
Slide 14 - Tekstslide
Basisstof 3, blz. 196: Doorsnede van het oog
Het glasachtig lichaam houdt het oog in vorm.
Het hoornvlies en de ooglens helpen samen een scherp beeld te vormen.
Slide 15 - Tekstslide
Basisstof 3, blz. 196: Doorsnede van het oog
Het glasachtig lichaam houdt het oog in vorm.
Het hoornvlies en de ooglens helpen samen een scherp beeld te vormen.
Het netvlies is het binnenste vlies. Hierop liggen de lichtgevoelige zintuigcellen. De meeste lichtgevoelige zintuigcellen liggen op de gele vlek.
Slide 16 - Tekstslide
Waarmee wordt zweet opgevangen?
Slide 17 - Open vraag
Waardoor wordt voorkomen dat er teveel licht op het netvlies komt?
A
alleen door de wimpers
B
alleen door de iris
C
zowel door de wimpers als de iris
Slide 18 - Quizvraag
Waardoor ontstaat er een scherp beeld op het netvlies?