Les 18 10-01-2025

les 18 10-01-2025
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

les 18 10-01-2025

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Herzlich Willkommen
beim Deutschunterricht

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie wir zusammen arbeiten
  • Voor Duits heb je bij je: boek A, etui, laptop

  • We praten zoveel mogelijk in het Duits

  • We luisteren naar elkaar

  • Bij vragen steken we ons arm omhoog





Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lessonup
klascode
 gkqdg







Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lernziele
- Du kennst die Deutschen Artikel (lidwoorden)
- Du kannst die Regeln für die Artikel einsetzen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startaufgabe
Hoe zat het ook alweer?

Welke lidwoorden kent het Duits en noem per lidwoord 2 regels.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lidwoorden
  • Wat zijn lidwoorden?

  • Welke Nederlandse lidwoorden zijn er?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DE LIDWOORDEN
mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der
die
das
die
Het lidwoord van het meervoud is altijd die

ein (een) is een onbepaald lidwoord

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mannelijke woorden
Lidwoord = der

Hoofdregels:


1. Mannelijke personen 
der Vater, der Opa
2. Mannelijke dieren
der Stier, der Bär
3. Mannelijke beroepen
der Lehrer, der Pilot
4. Maanden, dagen, seizoenen
der Januar, der Montag, der Sommer

Slide 9 - Tekstslide

Geef ook voorbeelden uit de woordenlijst.
der Lehrer

Vrouwelijke woorden
Lidwoord = die

Hoofdregels:


1. Vrouwelijke personen
die Mutter, die Schwester
2. Vrouwelijke dieren
die Bärin, die Kuh
3. Vrouwelijke beroepen (eindigen vaak op -in)
die Lehrerin, die Friseurin
4. Woorden die eindigen op -e
die Adresse, die Schule
5. Woorden die eindigen op -heit, 
-keit, -schaft, - ung, -ion. 
die Einheit, die Freundlichkeit, die Freundschaft, die Wohnung, die Information

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeelden uit de leerlijst:
die Schule (eindigt op -e)
Onzijdige woorden
Lidwoord = das

Hoofdregels:


1. "het-woorden" in het Nederlands
das Hotel, das Buch
2. Verkleinwoorden op -chen
das Mädchen
3. Verkleinwoorden op -lein
das Fraulein

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeelden uit de leerlijst:
das Heft (het schrift)
das Gymnasium 
Aufgabe Artikel
Benutze die Regels in Teams, Mappe Lesmateriaal extra (Lidwoorden in het Duits, basisregels)

Schreibe den richtigen Artikel zu den Wörtern.
(die Artikel extra oefening)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welcher Artikel?
blau = männlich
rot = weiblich
grün = sachlich

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wortschatz K3 Gegensätze
zoet - zuur
zout(ig) - zoet
scherp - zoet
alles - niets
veel - weinig
Zoek de vertaling in je woordenlijst van K3 en bedenk er iets te eten bij. Schrijf dit op het bord.

timer
5:00

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Selbstständig arbeiten
K3, Aufgabe 7, Seite 88
K3, Teil E, Aufgabe 26, Seite 98
blooket K2/K3


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hausaufgaben
Keine Hausaufgaben, es ist Prüfungswoche

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hausaufgaben
Keine,

Prüfungswoche

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Auf Wiedersehen 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies