Plaats van het bijwoord/ Adverbs
Adverbs = Altijd voor het hoofdwerkwoord.
Behalve bij het werkwoord 'to be'. Dan komt het bijwoord na het werkwoord.
Adverbs = e.g.: always, usually, normally , often, frequently, sometimes, occasionally, hardly ever, seldom, never (bijwoorden van frequentie).
We always make our homework.
She often talks to her friend.
She is never late.