T2L6
1 / 21
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een kost van een onderneming?
A
wat ze moeten betalen
B
wat ze ontvangen
C
wat ze betalen en ontvangen
D
alles hierboven
Slide 2 - Quizvraag
Wat is een goed voorbeeld van een kost van een klerenwinkel?
A
gas en elektriciteit
B
stoffen die ze aankopen
C
personeel betalen
D
alles hierboven
Slide 3 - Quizvraag
Wat is een opbrengst van een onderneming?
A
wat ze moeten betalen
B
wat ze ontvangen
C
wat ze moeten betalen en ook ontvangen
D
alles hierboven
Slide 4 - Quizvraag
Wat is een goed voorbeeld van de opbrengsten van een hotel?
A
rekening van klanten in het restaurant
B
geld dat klanten betalen voor een kamer
C
excursies die ingericht worden door het hotel
D
alles hierboven
Slide 5 - Quizvraag
KOSTEN
OPBRENSTEN
Het geld dat je moet betalen voor het gebruik van een goed of dienst om iets te produceren of te verkopen.
Het geld dat je ontvangt voor de verkoop van goederen of de levering van diensten.
Slide 6 - Sleepvraag
Kost of opbrengst?
Pascal betaalt het loon
van Saartje.
Pascal betaalt het loon
van Saartje.
A
Kost
B
Opbrengst
Slide 7 - Quizvraag
Kost of opbrengst?
Pascal laat een reclamespotje
afspelen op Radio Hallo.
Pascal laat een reclamespotje
afspelen op Radio Hallo.
A
Kost
B
Opbrengst
Slide 8 - Quizvraag
Kost of opbrengst?
Na een voetbalmatch
verkoopt Pascal 50 fanta's.
Na een voetbalmatch
verkoopt Pascal 50 fanta's.
A
Kost
B
Opbrengst
Slide 9 - Quizvraag
Kost of opbrengst?
Pascal koopt 20 vaten aan
bij de brouwer.
Pascal koopt 20 vaten aan
bij de brouwer.
A
Kost
B
Opbrengst
Slide 10 - Quizvraag
Kost of opbrengst?
Pascal ontvangt de factuur
van haar brandverzekering.
Pascal ontvangt de factuur
van haar brandverzekering.
A
Kost
B
Opbrengst
Slide 11 - Quizvraag
Wat is 'het resultaat' van een onderneming?
A
in het resultaat zie je of een bedrijf winst of verlies heeft gemaakt
B
in het resultaat zie je wat de kosten waren voor het bedrijf
C
in het resultaat zie je wat de opbrengsten waren voor het bedrijf
D
alles hierboven
Slide 12 - Quizvraag
Hoe bereken je dan het resultaat?
Slide 13 - Woordweb
RESULTAAT
= ............. - ..............
TO > TK
TO < TK
totale opbrengsten
totale kosten
Winst
Verlies
Slide 14 - Sleepvraag
Slide 15 - Tekstslide
Boekte Fernand winst of verlies in 2020?
A
Winst
B
Verlies
Slide 16 - Quizvraag
Hoeveel bedragen de
totale opbrengsten van
Fernand in 2020?
totale opbrengsten van
Fernand in 2020?
Slide 17 - Open vraag
Hoeveel bedragen de
totale kosten van
Fernand in 2020?
totale kosten van
Fernand in 2020?
Slide 18 - Open vraag
"Wat verkocht is in een bepaalde periode" =
A
omzet
B
afzet
Slide 19 - Quizvraag
Wat betekent de 'omzet' van een bedrijf?
A
hoeveel ze personeel kunnen uitbetalen
B
de waarde van wat aangekocht is
C
de totale waarde van alles wat verkocht is
D
alles hierboven
Slide 20 - Quizvraag
Hoe bereken je de omzet van een onderneming?
A
winst * afzet
B
afzet * verkoopprijs
C
afzet * aankoopprijs
D
afzet - verkoopprijs
