12.10 2THA Wederkerende w.w. en samengestelde zinnen

SOCIALISEREN
Je mobiel--> mobiel tas
Je legt klaar:
-leesboek, laptop (dicht), lesboek.
Je neemt plaats.
Je tas is op de grond.
timer
5:00
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

SOCIALISEREN
Je mobiel--> mobiel tas
Je legt klaar:
-leesboek, laptop (dicht), lesboek.
Je neemt plaats.
Je tas is op de grond.
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

LESPROGRAMMA
1. Lezen in je leesboek 
2. Terugblik Uitleg grammatica H1: samengestelde zinnen, 
wederkerende werkwoorden en wederkerend voornaamwoord
3. Zelfstandig werken
3. Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Vlog over leesboek
Boektitel: Escape Room
Schrijver: Maren Stoffels

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

timer
6:00

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoel
Terugblik: Je leert over samengestelde zinnen.

Terugblik: Je leert over wederkerende werkwoorden en wederkerende voornaamwoorden.


Slide 6 - Tekstslide

Huiswerkcontrole
13 oktober 2022
H1 opdrachten gemaakt !

Slide 7 - Tekstslide

Samengestelde zin 
Je pakt je lesboek.
Je leest de theorie van hoofdstuk 1.

Je pakt je lesboek en je leest de theorie van hoofstuk 1.

Bij het samenstellen van een zin gebruik je altijd een voegwoord.

Slide 8 - Tekstslide

Samengestelde zin 
In een samengestelde zin staat ook een voegwoord: een woord waarmee je de zinnen aan elkaar plakt. 
Voegwoorden zijn bijvoorbeeld: en, terwijl, omdat, zodat, nadat, als, toen, want, maar, of, dus.

Ik maak mijn huiswerk. Ik luister naar Spotify.

Ik maak mijn huiswerk, terwijl ik naar Spotify luister.

Slide 9 - Tekstslide

Samengestelde zin 
Een samengestelde zin heeft twee persoonsvormen

Ik maak mijn huiswerk. Ik luister naar Spotify.

Ik maak mijn huiswerk, terwijl ik naar Spotify luister.

Slide 10 - Tekstslide

LEESTOETS DONDERDAG A.S.

Slide 11 - Tekstslide

Zelfstandig werken
H1 Grammatica: taalverzorging/ samengestelde zinnen.
Je maakt de opdrachten (blz.30+31).
Via som/ leermiddelen/ Nederlands.

Klaar? Je oefent voor de leestoets via www.cambiumned.nl
timer
20:00

Slide 12 - Tekstslide

Wederkerende werkwoorden
Wederkerende werkwoorden kunnen onderverdeeld worden in
 verplicht wederkerende werkwoorden en toevallig wederkerende werkwoorden.


Verplicht wederkerende werkwoorden worden gecombineerd met een wederkerend voornaamwoord dat gelijk is aan het onderwerp
Staat het onderwerp in de derde persoon, dan is het wederkerend voornaamwoord zich. 

Aan het wederkerend voornaamwoord wordt meestal niet het nadrukkelijke -zelf toegevoegd.


Slide 13 - Tekstslide

Wederkerende werkwoorden
Een voorbeeldzin met een verplicht wederkerend werkwoord is:


Hij bemoeit zich met mijn dochter.
 
(fout: Hij bemoeit zichzelf met mijn dochter of Hij bemoeit mijn dochter.)

WG = bemoeit zich




Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wederkerend en wederkerig voornaamwoord

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide


Wederkerig
voornaamwoord 
(1)

elkaar, elkander, mekaar

(dezelfde betekenis)

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide


Bezittelijk 
voornaamwoord 

drukt  een bezitsrelatie uitdrukt, bijvoorbeeld tussen een persoon en een znw, bijvoorbeeld "haar boek". 
(mijn, jouw, uw en zijn)

Persoonlijk
voornaamwoord 

een woord dat in de plaats komt van een zelfstandig naamwoord of een eigennaam waarmee een persoon of zaak wordt aangeduid. 
(ik, jou, zij, hen, hem)

Slide 20 - Tekstslide

Let op!
Het woord zich is altijd een wederkerend voornaamwoord:
mezelf, jezelf, zichzelf en onszelf
Me, je, en ons kunnen ook een persoonlijk voornaamwoord zijn.
en
 Je en ons kunnen ook een bezittelijk voornaamwoord zijn.

Slide 21 - Tekstslide

Wederkerend en wederkerig voornaamwoord
Een extra uitleg:
Welke tip wordt gegeven?

Slide 22 - Tekstslide

Aan de slag!
H1 Grammatica - Taalverzorging- wg en lv / wederkerend - wederkerig vnw.
Je maakt de opdrachten blz. 30+31
Via som/leermiddelen/Nederlands/ H1/ grammatica
timer
20:00

Slide 23 - Tekstslide

Evaluatie
*Heb je iets geleerd over samengestelde zinnen deze les?

*Heb je iets geleerd over wederkerende werkwoorden deze les?

*Hoe vond je de les gaan?

Slide 24 - Tekstslide