Les 1: Sociaal gedrag
1 / 18
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
“Een blinde persoon staat aan het zebrapad van een drukke straat te wachten om over te steken.”
Wat doe je in deze situatie?
Wat doe je in deze situatie?
Slide 2 - Open vraag
“Je ziet een oudere persoon wandelen met zwaar uitziende boodschappentassen.”
Wat doe je in deze situatie?
Wat doe je in deze situatie?
Slide 3 - Open vraag
“Je ziet een persoon in een rolstoel staan
voor een ontoegankelijke ingang van een
gebouw." Wat doe je in deze situatie?
voor een ontoegankelijke ingang van een
gebouw." Wat doe je in deze situatie?
Slide 4 - Open vraag
“Je staat aan de kassa in de supermarkt en de persoon voor je kan zijn brood niet betalen, omdat er niet voldoende geld op zijn of haar rekening staat.” Wat doe je in deze situatie?
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
“Een blinde persoon staat aan het zebrapad van een drukke straat te wachten om over te steken.”
Welke prikkel (omgeving) is hier aanwezig?
Welke prikkel (omgeving) is hier aanwezig?
Slide 7 - Open vraag
“Een blinde persoon staat aan het zebrapad van een drukke straat te wachten om over te steken.”
Welk persoonlijkheidskenmerk kan er in deze situatie belangrijk zijn?
Welk persoonlijkheidskenmerk kan er in deze situatie belangrijk zijn?
Slide 8 - Open vraag
“Een blinde persoon staat aan het zebrapad van een drukke straat te wachten om over te steken.”
Welke betekenis kan je aan deze prikkel geven?
Welke betekenis kan je aan deze prikkel geven?
Slide 9 - Open vraag
“Een blinde persoon staat aan het zebrapad van een drukke straat te wachten om over te steken.”
Welk gedrag kan je stellen?
Welk gedrag kan je stellen?
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Tekstslide
“Je ziet een oudere persoon wandelen met zwaar uitziende boodschappentassen.”
Welke prikkel (omgeving) is hier aanwezig?
Welke prikkel (omgeving) is hier aanwezig?
Slide 12 - Open vraag
“Je ziet een oudere persoon wandelen met zwaar uitziende boodschappentassen.”
Welk persoonlijkheidskenmerk kan er in deze situatie belangrijk zijn?
Welk persoonlijkheidskenmerk kan er in deze situatie belangrijk zijn?
Slide 13 - Open vraag
“Je ziet een oudere persoon wandelen met zwaar uitziende boodschappentassen.”
Welke betekenis kan je aan deze prikkel geven?
Welke betekenis kan je aan deze prikkel geven?
Slide 14 - Open vraag
“Je ziet een oudere persoon wandelen met zwaar uitziende boodschappentassen.”
Welk gedrag kan je stellen?
Welk gedrag kan je stellen?
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Interne factoren
Externe factoren
Emotie
Motivatie
Persoonlijkheid
Opvoeding
Media
Maatschappij
Beïnvloedende factoren die van binnenin komen
Beïnvloedende factoren die van buitenaf komen
Onderwijs
