H3.2 Metalen en zouten

H3.2 Metalen en zouten
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H3.2 Metalen en zouten

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Na afloop van deze les
  • weet je de verschillende soorten roosters en hun eigenschappen
  • kan je geleiding op micro-niveau uitleggen
  • weet je hoe een zout ontstaat

Slide 2 - Tekstslide

De metaalbinding

Slide 3 - Tekstslide

Metalen
  • In een metaal zitten positief geladen metaal kernen in een regelmatig patroon: Het metaalrooster.
  • Elektronen kunnen zich vrij in dit rooster bewegen. Dit zijn de vrije elektronen die zorgen voor elektrische geleiding (s).
  • De kracht die de elektronen en kernen bij elkaar houden is de metaalbinding. Deze is erg sterk (hoog smeltpunt)
  • In de vloeibare (l) fase zorgen de vrije elektronen en de metaalionen voor geleiding!



Slide 4 - Tekstslide

Zouten

Wat is een zout?

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een zout?
Een zout is een chemische verbinding opgebouwd uit ionen: Geladen deeltjes.

Een zout bestaat uit positieve metaalionen en negatieve niet-metaal ionen.

Slide 6 - Tekstslide

Het zoutrooster/ionrooster

Slide 7 - Tekstslide

Zoutrooster / ionrooster

Slide 8 - Tekstslide

Zoutrooster/ionrooster
Een zoutrooster is oneindig


Er is geen begin of eind

Slide 9 - Tekstslide

Zoutrooster
  • Hierdoor is de chemische formule van een zout een verhoudingsformule
  • Deze geeft de verhouding aan tussen de positieve en negatieve ionen in het rooster.
  • De ionen worden bij elkaar gehouden door de ionbinding of zoutbinding. Sterke binding-> smelten en koken bij hoge temperaturen.


Slide 10 - Tekstslide

Geleidend vermogen
  • Om elektriciteit te kunnen geleiden moet de ionen kunnen bewegen (in een zout zijn namelijk geen vrije elektronen aanwezig, ze zitten vast in hun ionrooster).
  • Een zout kan alleen in de vloeibare fase elektriciteit geleiden. De ionen kunnen dan vrij bewegen.


Slide 11 - Tekstslide


Buigbaar?

Slide 12 - Tekstslide

Metaal Wel of niet buigbaar?
Het patroon van het rooster verandert niet wanneer een metaal gebogen wordt. Daarom is een metaal buigbaar.

Metaal harder maken door atomen toe te voegen die kleiner of groter zijn --> niet meer verschuiven 

Slide 13 - Tekstslide

Zout Wel of niet buigbaar?
Het patroon van het rooster verandert wel wanneer een zout gebogen wordt. Daarom is een zout niet buigbaar.

+ ionen naast +ionen
- ionen naast - ionen
= Afstoting -> zout breekt

Slide 14 - Tekstslide

Legering
  • Twee verschillende metalen kunnen worden gemengd met elkaar. Er kan dan een legering of alliage ontstaan. Een legering heeft andere eigenschappen dan de afzonderlijke metalen. Voorbeelden zijn: brons, messing, staal, enz.

Slide 15 - Tekstslide

Vorming van ionen

Slide 16 - Tekstslide

Vorming van ionen





Volgens de octetregel wil elk atoom 8 elektronen in de buitenste schil hebben. Natrium staat dus 1 elektron af en wordt Na+. Chloride neemt er 1 elektron op en Cl-. Hierdoor ontstaat een sterke ionbinding.


Slide 17 - Tekstslide

Huiswerk
Maak de volgende opdrachten online:
Leer HS3.2 (blz. 76-79)
Maak de vragen 10 t/m 23 (blz. 80-81)
Kijk de opdrachten goed na, wanneer je ze gemaakt hebt.
Maak een notitie van de vragen die je niet snapte of waarvan je meer uitleg wil hebben.
Stel deze vragen de volgende les.

Slide 18 - Tekstslide