Oefentoets Thema 4: Stevigheid en beweging

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Controle huiswerk
  • Opdracht skelet
  • Oefentoets

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht skelet:
  • In 2-tallen.
  • Probeer het zonder boek/laptop te doen.

Na 15 minuten bespreking.

Slide 3 - Tekstslide

proefwerk thema 5
stevigheid en beweging

Oefentoets 
Stevigheid en
beweging

Slide 4 - Tekstslide

Hieronder staan 3 uitspraken over het skelet van een organisme
1. Het skelet bestaat geheel uit kraakbeen
2. Het skelet beschermt een aantal organen
3. Het skelet geeft vorm aan het lichaam

Welke van deze uitspraken gelden voor het skelet van de mens?
A
Alleen uitspraak 1 en 2
B
Alleen uitspraak 2 en 3
C
Alleen uitspraak 1 en 3
D
Uitspraak 1, 2 en 3

Slide 5 - Quizvraag



Hoe heet het been
op de afbeelding?


A
bovenarm
B
dijbeen
C
opperarmbeen
D
heiligbeen

Slide 6 - Quizvraag



Hoe heet het been
op de afbeelding?


A
Schouderblad
B
borstbeen
C
wervelkolom
D
heiligbeen

Slide 7 - Quizvraag

De borstkas beschermt je hart.
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag



Hoe heet het been
op de afbeelding?


A
Schouderblad
B
borstbeen
C
bovenbeen
D
dijbeen

Slide 9 - Quizvraag



Hoe heet het been
op de afbeelding?


A
spaakbeen
B
ellepijp
C
bovenarm
D
handwortelbeentjes

Slide 10 - Quizvraag

sleutelbeen
A
B
C
D

Slide 11 - Quizvraag

heiligbeen
A
B
C
D
het heiligbeen bestaat niet

Slide 12 - Quizvraag

opperbeenarm
A
B
C
D
het opperbeenarm bestaat niet

Slide 13 - Quizvraag

Waarom is het dijbeen dikker dan het opperarmbeen?

Slide 14 - Open vraag

Bekijk de tekeningen in afbeelding .
Deze afbeelding hoort bij de volgende twee vragen

Slide 15 - Tekstslide

Wat zit er in de ruimte tussen de cellen in de afbeelding links en wat zit daar in de afbeelding rechts?


A
Links zit tussencelstof en rechts ook.
B
Alleen links zit tussencelstof.
C
Alleen rechts zit tussencelstof.
D
Lucht.

Slide 16 - Quizvraag

Als je lijmstof uit een bot haalt, wordt het bot zacht en buigzaam.
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quizvraag

De borstkas beschermt je hart.
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Bij welke van deze beenverbindingen is de minste beweging mogelijk?
A
1
B
2
C
3

Slide 19 - Quizvraag

Welke uitspraak over de wervelkolom is juist?


A
De wervelkolom heeft een dubbele C-vorm die wordt ondersteund vanuit de buikspieren.
B
De wervelkolom heeft een dubbele C-vorm die wordt ondersteund vanuit de rugspieren.
C
De wervelkolom heeft een dubbele S-vorm die wordt ondersteund vanuit de buikspieren.
D
De wervelkolom heeft een dubbele S-vorm die wordt ondersteund vanuit de rugspieren.

Slide 20 - Quizvraag

Tussen spaakbeen en opperarmbeen bij de mens zit een rolgewricht.
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Tussen de ribben en de wervels zitten gewrichten.
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quizvraag

In de afbeelding geeft tekening P een gedeelte van het geraamte van de mens weer.
Tekening Q is een vergrote doorsnede van een deel van tekening P.

Slide 23 - Tekstslide

Welk cijfer geeft in de afbeelding het heiligbeen aan?
A
1
B
2
C
3

Slide 24 - Quizvraag

welke type gewricht zit er tussen de vingerkootjes
A
kogel-gewricht
B
rol-gewricht
C
scharnier-gewricht

Slide 25 - Quizvraag

Pezen kunnen zich samentrekken.
A
juist
B
onjuist

Slide 26 - Quizvraag

Spier P begint zich samen te trekken.
Als gevolg hiervan beweegt het kniegewricht.

A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quizvraag

Spier P begint zich samen te trekken.
Als gevolg hiervan wordt de voet gestrekt.

A
juist
B
onjuist

Slide 28 - Quizvraag

Uit welk materiaal bestaan pezen?


A
Uit beenweefsel.
B
Uit bindweefsel.
C
Uit kraakbeenweefsel.

Slide 29 - Quizvraag

Welke spier is de antagonist van de buigspier van het rechterbeen?




A
buigspier linkerbeen
B
buigspier rechterbeen
C
strekspier linkerbeen
D
strekspier rechterbeen

Slide 30 - Quizvraag

Wat gebeurt er als de antagonist van de biceps in de linkerarm zich samentrekt?




A
Dan strekt de rechterarm zich
B
Dan buigt de rechterarm zich
C
Dan strekt de linkerarm zich
D
Dan buigt de linkerarm zich

Slide 31 - Quizvraag

Wat is het doel van de warming up?

Slide 32 - Open vraag

Wat is het doel van de cooling down

Slide 33 - Open vraag

Ik ga voor deze toets een ..... halen!
A
9 of 10
B
7 of 8
C
6 of 5
D
lager dan een 5.....

Slide 34 - Quizvraag