§7.3 Eten

'Paragraaf 7.3 Eten'
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

'Paragraaf 7.3 Eten'

Slide 1 - Tekstslide

Programma

  • Nieuwe stof 7.3 'Eten'
  • Uitleg 
  • Aan het werk 
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kan uitleggen wat er in je eten zit.
  • Je kan uitleggen wanneer je gezond eet.
  • Je kan uitleggen wat de gevolgen van ongezonde voeding zijn.
  • Je kan uitleggen hoe je een gezond gewicht kan behouden.

Slide 5 - Tekstslide

Voedingsmiddel en voedingsstoffen

Voedingsmiddel = alles dat je eet en drinkt.
Voedingsstoffen = de stoffen die in het voedingsmiddel zitten.
Voedingsvezels = vezels voor je darmen, zodat je kan poepen

Slide 6 - Tekstslide

Zijn het voedingsstoffen of voedingsmiddelen?
Voedingsstoffen
Voedingsmiddelen
Chips
Vitaminen C
Brood
ei
Sla
Koolhydraten
Calcium
Yoghurt
Eiwitten
melk

Slide 7 - Sleepvraag

Slide 8 - Video

Slide 9 - Tekstslide

3 groepen voedingsstoffen:
Energierijke stoffen
koolhydraten (suiker - zetmeel) - vetten
Bouwstoffen
eiwitten - vetten - mineralen - water
Beschermende stoffen
vitaminen - mineralen


Slide 10 - Tekstslide

Energierijke stoffen
Bouwstoffen
Beschermende stoffen

suiker

zetmeel
vetten
eiwitten
mineralen
vitaminen
vetten
mineralen
water

Slide 11 - Sleepvraag

Wanneer eet je gezond?
Gevarieerd te eten
De schijf van vijf

Slide 12 - Tekstslide

Wat is de schijf van vijf?
A
Hulpmiddel voor ongezond eten
B
Hulpmiddel voor het eten van goed en gevarieerd voedsel.
C
Hulpmiddel voor het eten van ongevarieerd voedsel
D
Hulpmiddel voor het binnenkrijgen van voedingsmiddelen

Slide 13 - Quizvraag

Wanneer eet je gezond?
Als je wilt weten welke voedingsstoffen er in een voedingsmiddel zitten, kun je de voedingsmiddelentabel bekijken

Voedingswaarde berekenen 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Gezond gewicht
Hoeveel energie je nodig hebt, hangt van 3 dingen af :
1. Leeftijd (ben je jong of oud)
2. Geslacht (ben je een jongen of meisje)
3. Activiteit (beweeg je veel of niet)
Hoeveelheid energie geef je aan in kilojoule (kJ) of kilocalorie (kcal). 1 kJ = 0,23 kcal.

Slide 16 - Tekstslide

Hoe houd je een gezond gewicht?
Hoeveelheid energie geef aan met kilojoule (kJ).
Soms staat er ook kilocalorie. 1kcal is gelijk aan 4,2 kJ

Kilocalorie (kcal) -> kilojoule (kJ) = x 4,2
Kilojoule (kJ) -> kilocalorie (kcal) = : 4,2


Slide 17 - Tekstslide

ADH of referentie-inname
Aanbevolen dagelijks hoeveelheid 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video


Hoeveel kJ is 4 kcal?
A
34,1
B
1,05
C
16,8
D
0,96

Slide 20 - Quizvraag

Wat zijn gevolgen van ongezond voeding?
Tandbederf of cariës

Bacteriën verteren suiker in je mond en zetten het om in zuur
Door zuur lost het zachte tandbeen = gaatje
Fluoride (fluor)


Slide 21 - Tekstslide

Hoe ontstaat tandbederf?

Slide 22 - Open vraag

Wat zijn gevolgen van ongezond voeding?
Te veel vet is ongezond 
Cholesterolgehalte neemt toe 
(vetachtige stof die je lichaam gebruikt om cellen te maken) 

Mensen die te veel vet eten = hoge cholesterol 
Cholesterol in bloedvaten neemt toe, bloed stroomt minder goed 

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Hoe houd je een gezond gewicht?
Genoeg voedingsstoffen 
Ondervoed (ondergewicht) Anorexia

Overgewicht 

Slide 25 - Tekstslide

Anorexia

Slide 26 - Tekstslide

Waar zijn voedingsvezels belangrijk voor?
A
voor de smaak
B
voor het kauwen
C
voor de darmen
D
voor het slikken

Slide 27 - Quizvraag

Klontjes suiker in voedingsmiddelen

Slide 28 - Tekstslide

Te veel suiker
  • Eet je veel zoete voedingsmiddelen? Dan heb je sneller kans op tandbederf (cariës).

  • Bacteriën zetten de suikers om in een zuur.

Slide 29 - Tekstslide

Te veel suiker
  • Poets met een tandpasta waar fluor in zit.
  • Fluor maakt het tandglazuur sterker.
  • Je verwijderd ook tandplak (kleverig laagje van bacteriën en voedselresten).

Slide 30 - Tekstslide

Cholesterol vernauwt bloedvaten

Slide 31 - Tekstslide

Wat is het gevaar van een te hoge cholesterol?

Slide 32 - Open vraag

Aan het werk 
Maken: paragraaf 7.3







Slide 33 - Tekstslide

Aan het werk 
Maken: opdracht van paragraaf 7.4
Klaar? kijk paragraaf 7.3 na

Slide 34 - Tekstslide