Argumenteren in je brief

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Stap 7 de kunst van het argumenteren

Stap 7
Hoe schrijf je samengestelde zinnen? (je moet er 10 gebruiken in je brief)
Welke woorden pas je toe (je moet er 15 gebruiken)
Waar moet een zakelijke brief aan voldoen?


Slide 2 - Tekstslide

"Dat vind ik gewoon ..."

Slide 3 - Tekstslide

Let op:

inleverdatum van je zakelijke brief: vwo 24 maart / havo 29 maart
Je kent de opbouw van een argument (argument, uitleg, bijvoorbeeld)


Je herkent de onderdelen van argumentatie.

Je kunt zelf een argumentatie onderbouwen met een uitleg en een voorbeeld.


Slide 4 - Tekstslide

Standpunt
(mening, stelling)

Argument
(de reden van je standpunt)

Uitleg
(onderbouwing)

Bijvoorbeeld
(voorbeeld)

Slide 5 - Tekstslide

Standpunt
(mening, stelling)

Argument
(de reden van je standpunt)

Uitleg
(onderbouwing)

Bijvoorbeeld
(voorbeeld)
Ik vind dat ...


Want ... / Omdat ...



Dit blijkt uit ... / Daarom ... / Dus ...


Zo ...

Slide 6 - Tekstslide

Standpunt
(mening, stelling)

Argument
(de reden van je standpunt)

Uitleg
(onderbouwing)

Bijvoorbeeld
(voorbeeld)
Noteer de verbindingswoorden

Ik vind dat er alleen gezonde snacks aangeboden mogen worden op school, want het onderwijs is de plek om gezonde voeding te promoten. We moeten het aanbod dus veranderen om te voorkomen dat jongeren hun geld uitgeven aan frikandelbroodjes en andere ongezonde broodjes. Daarom werken al veel scholen met het concept 'Gezonde school'. Zo zag ik laatst op het journaal een school in Brabant die salades, fruit en water met munt verkocht. Leerlingen waren enthousiast en je stimuleert gezond eten.

Slide 7 - Tekstslide

Standpunt
(mening, stelling)

Argument
(de reden van je standpunt)

Uitleg
(onderbouwing)

Bijvoorbeeld
(voorbeeld)
Ik vind dat er alleen gezonde snacks aangeboden mogen worden op school, want het onderwijs is de plek om gezonde voeding te promoten. We moeten het aanbod dus veranderen om te voorkomen dat jongeren hun geld uitgeven aan frikandelbroodjes en andere ongezonde broodjes. Daarom werken al veel scholen met het concept 'Gezonde school'. Zo zag ik laatst op het journaal een school in Brabant die salades, fruit en water met munt verkocht. Leerlingen waren enthousiast en je stimuleert gezond eten.

Slide 8 - Tekstslide

Oefenen met argumenteren

Je werkt samen met iemand uit de klas én met iemand thuis. Leg contact via Teams.

Je hebt 8 minuten om een heel argumentatieschema in te vullen, inclusief verbindingswoorden.

Je krijgt een stelling toegewezen (zie volgende slide).
Standpunt
(mening, stelling)

Argument
(de reden van je standpunt)

Uitleg
(onderbouwing)

Bijvoorbeeld
(voorbeeld)

Slide 9 - Tekstslide

Standpunt
(mening, stelling)

Argument
(de reden van je standpunt)

Uitleg
(onderbouwing)

Bijvoorbeeld
(voorbeeld)
Standpunten
1. De straf voor pestende kinderen moet bepaald worden door de gepeste kinderen.
2. De dag van de kokosnoot (2 september) moet een officiële feestdag worden.
3. Er moet een minister van jongerenzaken in het nieuwe kabinet komen.
4. Voor ieder stuk vlees dat je eet, moet een boom worden geplant.
5. Iedere Nederlander moet alle coupletten van het Wilhelmus laten tatoeëren.
6. In iedere avondmaaltijd moet aubergine worden verwerkt.
7. Bij een verplaatsing tot 50 kilometer moet je verplicht fietsen. Alleen bij afstanden daarboven mag de auto worden gebruikt.

Slide 10 - Tekstslide

Stap 7 de kunst van het argumenteren

Stap 7
Hoe schrijf je samengestelde zinnen? (je moet er 10 gebruiken in je brief)
Welke woorden pas je toe (je moet er 15 gebruiken)
Waar moet een zakelijke brief aan voldoen?


Slide 11 - Tekstslide

Het perspectief van jouw brief: de lezer


Bepaal je onderwerp en je doel (wat wil je bereiken bij de lezer?)

Overtuigen met begrip en inlevingsvermogen
(argumenten met ethos, pathos en logos)

Afwegen en ordenen van informatie 
(bepaal inleiding, kern en slot)

Schrijven en reviseren (aanpassen)
Feedback geven en ontvangen

Slide 12 - Tekstslide