Introductie
Download de handige docentenhandleiding en de lesbrief voor de leerlingen in de bijlagen.
In deze les gaan leerlingen een verhaal schrijven door steeds willekeurige briefjes uit een hoed of zak te trekken. De leerlingen gaan aan de slag met dieren, kleuren en werkwoorden. Bijvoorbeeld hond, eenhoorn, walvis; blauw, groen, roze; danst, fietst, zingt. Op een willekeurige manier gaan zij een verhaal laten ontstaan om er vervolgens zelf verder aan te schrijven. Als de leerlingen deze oefening hebben gedaan, gaan ze een soortgelijk programma in Scratch (een gratis online programmeertool voor kids) bouwen. Daarbij animeren ze het verhaal. Afhankelijk van het leesniveau van je klas kun je de zinnen moeilijker maken door bijvoeglijke naamwoorden (het gekke, hongerige, groene paard danst) of locaties (in de schuur, op school, onder water) te te voegen.