In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Zelfmanagement
Slide 1 - Tekstslide
Planning
Definitie zelfmanagement
Kenmerk van zelfmanagementondersteuning
Rol van de verzorgende
5 stappen om zelfmanagement te stimuleren
Zelfmanagement bij ouderen
Dilemma's en stellingen
Slide 2 - Tekstslide
Aan welke woorden/termen denken jullie bij zelfmanagement bij ouderen?
Slide 3 - Open vraag
Definitie zelfmanagement
Onder zelfmanagement verstaan we dat mensen met een chronische ziekte zelf de regie voeren over hun leven met de ziekte en de behandeling daarvan.
Bron: Het Nederlands Instituut voor Onderzoek van de Gezondheidszorg (Nivel)
Slide 4 - Tekstslide
Zelfredzaamheid en zelfmanagement
Zelfredzaamheid: ADL, Zelfstandig kunnen functioneren
Zelfmanagement: Een (kwalitatief) goed leven hebben met een ziekte. ( eigen regie)
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Vaardigheden zorgvrager
- Inzicht hebben in hun ziekte of aandoening
- Vaardigheden hebben om problemen op te lossen
- In staat zijn om besluiten te nemen
- Hulpbronnen kunnen vinden en gebruiken
- Een relatie kunnen aangaan met zorgverleners
- Actie kunnen ondernemen
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Dilemma's en stellingen
Slide 10 - Tekstslide
Autonomie van de zorgvrager versus gezondheid bevorderen.
Autonomie
Gezondheid bevorderen
Slide 11 - Poll
Zorgen voor de patiënt versus activeren van de patiënt
Zorgen voor de patient
Activeren van de patiënt
Slide 12 - Poll
Zelfmanagement bevorderen vind ik het meest belangrijk als het gaat om het……..
A
zoeken naar mogelijkheden van ondersteuning van mantelzorg en/of zorgvoorzieningen
B
in de gaten houden van de eigen gezondheid bijv. het meten van suiker of bloeddruk door patiënt zelf
C
maken van keuzes en beslissingen over de behandeling
D
zo zelfstandig mogelijk kunnen leven
Slide 13 - Quizvraag
Wat doe je als een oudere patiënt niet uit bed wil komen om te wassen in de wasruimte. Neem je dan ADL-taken over als je tegelijkertijd weet dat het voor de gezondheid van de patiënt goed is om zoveel mogelijk zelf actief te blijven?
A
je gaat in gesprek en probeert haar over te halen zodat ze toch zelfstandig blijft
B
je gaat in gesprek en probeert te achterhalen wat ze zelf wilt
C
je verteld nogmaals welke consequenties het heeft als ze niet wilt revalideren.