1. De lage landen

1. De lage landen
Dit deel gaat over:
  1. Het Nederlandse landschap 
  2. De strijd tegen het water
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

1. De lage landen
Dit deel gaat over:
  1. Het Nederlandse landschap 
  2. De strijd tegen het water

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de les kunnen jullie: 

  • vertellen hoe stuwwallen zijn ontstaan

  • vijf verschillende grondsoorten noemen en aangeven waar in Nederland deze te vinden zijn

  • een oorzaak noemen voor de jaarlijkse overstromingen van rivieren in de 18e en 19e eeuw

  • een maatregel noemen uit het deltaplan

Slide 2 - Tekstslide

ijstijd
  • Het Nederlandse landschap is deels gevormd tijdens de laatste ijstijd
  • De ijstijd duurde tot ongeveer 10.000 jaar geleden
  • Tijdens de ijstijd lag er een groot ijslandschap over het noordelijke deel van Nederland
  • Het ijs werd vanuit scandinavië naar het zuiden gedrukt

Slide 3 - Tekstslide

Hoog en laag
  • Het Nederlandse landschap kan verdeeld worden in een hoog en een laag gedeelte
  • In Nederland kennen we 4 grondsoorten: klei-, löss-, zand-, en veengrond. De grondsoort bepaald ook wat er op groeit. Op veen en kleigronden groeit gras goed. Hier zie je dus veel weilanden. Lössgrond is erg vruchtbaar. In Nederland groeit hier vaak graan en maïs op. Op veel zandgronden in Nederland groeit bos.

Slide 4 - Tekstslide

Hoog Nederland
  • Tijdens de ijstijd heeft het ijs grond voortgestuwd
  • Hierdoor zijn er heuvels ontstaan die we vandaag stuwwallen noemen
  • In hoog Nederland zijn ook grote zwerfstenen te vinden die in de ijstijd door het ijs vanuit scandinavië zijn meegenomen. 
  • Het trechterbekervolk heeft hier later de hunnebedden van gebouwd.
Het ijs duwde de grond voorzich uit waardoor er stuwwallen ontstonden. Stuwwallen vind je vooral in Gelderland en Overijssel

Slide 5 - Tekstslide

Laag Nederland

  • Het westelijke deel van Nederland heeft altijd laag gelegen.
  • Door het stijgen van de zeespiegel na de ijstijd zijn er door de zee duinen gevormt in het westen.
  • Achter de duinen ontstond toen een laag moerasgebied.
  • In deze moerassen hoopten de dode plantenresten zich onder water op.
    Zonder zuurstof konden de plantenresten niet verteren en zo ontstond de grondsoort veen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

huiswerk
maken bladzijde 8 opdracht 2-3-4-5-6-7-8-9-10

Slide 8 - Tekstslide

2.



Strijd tegen het water

Slide 9 - Tekstslide

Land winnen op de zee
  • Een groot deel van het Nederlandse grondoppervlak was vroeger zee of moerasgebied.

  • Door dijken aan te leggen ontstond er droog land, dit nieuwe land wordt een polder genoemd

  • Er waren polders gemaakt door het droogleggen van moerassen en meren, maar ook door nieuwe stukken land in zee te maken

Slide 10 - Tekstslide

Polder
  • Een polder is een vochtig stuk land met een dijk eromheen

  • Met een gemaal of een molen wordt het water uit de polder weggepompt

  • Op deze manier blijft het land droog

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Overstromingen
  • Omdat Nederland voor een groot deel onder zeeniveau ligt, 0 NAP of lager, heeft ons land vaak te maken gehad met overstromingen

  • Zo zijn er overstromingen door de rivieren, de Zuiderzee en de Noord-Zee

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video