Grammatica Cursus 5 Par. 4 Woordsoorten - Bijvoeglijk naamwoorden

Welkom
hallo
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom
hallo

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan wij doen?
Bijvoeglijk naamwoorden
blz. 202

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan/weet:
-(Stoffelijke) bijvoeglijke naamwoorden herkennen.

Slide 3 - Tekstslide

Bijvoeglijk naamwoorden (BN)
Er zijn verschillende bijvoeglijk naamwoorden. Dit jaar behandelen we daar twee van. 

- gewone bijvoeglijk naamwoord
- stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

De afkorting van dit woordsoort is BN

Slide 4 - Tekstslide

Bijvoeglijk naamwoorden
Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
  • Dit is een woord dat iets vertelt over een zelfstandig naamwoord.
  • Een bijvoeglijk naamwoord staat voor een zelfstandig naamwoorden (én achter een lidwoord). 
  • Er kunnen meerdere bijvoeglijknaamwoorden achter elkaar staan, die iets zeggen over een zelfstandig naamwoord.


Slide 5 - Tekstslide

Bijvoeglijk naamwoorden
Een klein huis.
Het kleine huis. 
Een mooi, klein huis. 
De kleine huizen. 

Slide 6 - Tekstslide

spellingsregels bijvoeglijk naamwoord

Slide 7 - Tekstslide

Stoffelijk bijvoeglijk naamwoorden


Een houten stoel.
Het houten stoeltje.
De houten stoelen. 

Slide 8 - Tekstslide

Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
Een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord vertelt je van welk materiaal iets gemaakt is.

Slide 9 - Tekstslide

Even oefenen

Slide 10 - Tekstslide

Wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 11 - Quizvraag

'Veel ' en 'weinig' zijn bijvoeglijk naamwoorden.

Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over
A
een zelfstandig naamwoord
B
een werkwoord

Slide 12 - Quizvraag

Welk bijvoeglijk naamwoord is een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
De lelijke kast
B
De metalen kast
C
De grijze kast
D
De oude kast

Slide 13 - Quizvraag

Wat is geen bijvoeglijk naamwoord?
A
groene
B
sterke
C
man
D
boze

Slide 14 - Quizvraag

Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
A
slimme
B
tante
C
onvergetelijke
D
logeerpartij

Slide 15 - Quizvraag

Wat is geen bijvoeglijk naamwoord?
A
grote
B
brede
C
fietsten
D
gekke

Slide 16 - Quizvraag

Bijvoeglijk naamwoord?
A
de
B
gevallen
C
laptop
D
zoeken

Slide 17 - Quizvraag

Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
A
aardappel
B
het
C
geweldige
D
gescoord

Slide 18 - Quizvraag

Welk bijvoeglijk naamwoord is een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
rode
B
zachte
C
gouden
D
mooie

Slide 19 - Quizvraag

'mooi ' en 'lelijk' zijn bijvoeglijk naamwoorden. Deze bijvoeglijk naamwoorden zeggen iets over
A
het zelfstandig naamwoord
B
het werkwoord

Slide 20 - Quizvraag


Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden?
A
zonnige
B
dag
C
zonnige , leren
D
leren

Slide 21 - Quizvraag

Maken
Wat? Maak alle opdrachten op blz. 202 en 203
Hoe? Zelf en stil
Hoe lang? 15 minuten
Hulp? Docent of boek
Uitkomst? Huiswerk
Klaar? Laat jouw werk aan de docent zien.

timer
15:00

Slide 22 - Tekstslide