7 Herhaling

Welkom!
       Pak je boek (blz. 128) schrift en etui
Eerste 5 min schrift laten zien, 7.1, 7.2, 7.3,  7.4 en 7.5
Niet af? Vanmiddag half uur nakomen. 
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
       Pak je boek (blz. 128) schrift en etui
Eerste 5 min schrift laten zien, 7.1, 7.2, 7.3,  7.4 en 7.5
Niet af? Vanmiddag half uur nakomen. 

Slide 1 - Tekstslide

Ready?
  • Is iedereen aanwezig?
  • Hebben we alles mee? Boek, schrift, etui.
  • Werkblad


Slide 2 - Tekstslide

Planning
LESDOEL: ik weet wat ik moet doen om te leren

Wat moet je kennen/kunnen?
Herhalen 7.5
7.herhalen + opdrachten samen (kijken hoever we komen/ 2 lessen)
Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide



  • Driehoek = 180 º
  • Vierhoek = 360  º

  • Bissectrice/deellijn
  • Overstaande hoeken
  • Gestrekte en rechte hoek
  • F- en Z-hoeken


  • Eigenschappen plus oppervlakte van trapezium, parallellogram, ruit en vlieger.
  • Drie soorten driehoeken + de eigenschappen (gelijkzijdig, gelijkbenig, ongelijkbenig)
Wat moet je kennen/ kunnen gebruiken voor het berekenen van hoeken?
Herinner mij
Herinner mij dat ik dit in teams stuur :) 

Slide 4 - Tekstslide

7.5 F- en Z-hoeken
Wat weet je over F en Z hoeken?

Slide 5 - Tekstslide

7.5 F- en Z-hoeken
Wat weet je over F en Z hoeken?

Slide 6 - Tekstslide

7.5 F- en Z-hoeken. 31

Slide 7 - Tekstslide

7.5 F- en Z-hoeken. 32

Slide 8 - Tekstslide

  • Symmetrieas?
  • Hoe heten de drie soorten driehoeken en wat weet je erover? 
  • Gelijkzijdige driehoek: 3 gelijke hoeken, 3 gelijke benen en 3 symmetrieassen
  • Gelijkbenige driehoek: 2 gelijke hoeken, 2 gelijke benen, 1 symmetrieas
  • Ongelijkbenige driehoek: geen gelijke hoeken of benen en geen symmetrieas

Slide 9 - Tekstslide

  • Symmetrieas?
  • Hoe heten de drie soorten driehoeken en wat weet je erover? 
  • Gelijkzijdige driehoek: 3 gelijke hoeken, 3 gelijke benen en 3 symmetrieassen
  • Gelijkbenige driehoek: 2 gelijke hoeken, 2 gelijke benen, 1 symmetrieas
  • Ongelijkbenige driehoek: geen gelijke hoeken of benen en geen symmetrieas
  • Opdracht 5

Slide 10 - Tekstslide

  • Bissectrice / deellijn?

Slide 11 - Tekstslide

  • Bissectrice / deellijn?
  • splitst een hoek in twee gelijke hoeken
  • Cirkels en sterretjes in hoeken ?
  • Overstaande hoeken?

Slide 12 - Tekstslide

  • Bissectrice / deellijn?
  • splitst een hoek in twee gelijke hoeken
  • Cirkels en sterretjes in hoeken ?
  • Overstaande hoeken?
  •  zijn gelijk
  • Uitschrijven wat je doet!
  • Opdracht 12 en 14

Slide 13 - Tekstslide

  • Wat weet je over een trapezium en parallellogram?

Slide 14 - Tekstslide

  • Trapezium: vierhoek waarbij tenminste één paar overstaande zijden evenwijdig is.
  • Parallellogram: Overstaande zijden even lang en evenwijdig. Overstaande hoeken even groot. (diagonalen snijden in 't midden, puntsymmetrisch)
  • Hoe bereken je de oppervlakte van zulke figuren?

Slide 15 - Tekstslide

  • Trapezium: vierhoek waarbij tenminste één paar overstaande zijden evenwijdig is.
  • Parallellogram: Overstaande zijden even lang en evenwijdig. Overstaande hoeken even groot. (diagonalen snijden in 't midden, puntsymmetrisch)
  • 21 samen

Slide 16 - Tekstslide

7.4 ruit en vlieger
Ruit?

Slide 17 - Tekstslide

7.4 ruit en vlieger
Ruit:
vierhoek, alle zijden zijn even lang, diagonalen staan loodrecht op elkaar en snijden de hoeken door het midden, en de eigenschappen parallellogram (overstaande zijden evenwijdig, overstaande hoeken even groot, diagonalen snijden in t midden, puntsymmetrisch), de diagonalen
zijn de symmetrieassen.

Slide 18 - Tekstslide

7.4 ruit en vlieger
Vlieger?

Slide 19 - Tekstslide

7.4 ruit en vlieger
Vlieger:
 vierhoek, de paren naast elkaar liggende zijden zijn even lang, diagonalen staan loodrecht op elkaar, tenminste één paar overstaande hoeken is even groot, tenminste één van de diagonalen deel te de hoeken middendoor. Tenminste één diagonaal is een symmetrieas. Tenminste één van
de diagonalen wordt door de andere middendoor gesneden.

Slide 20 - Tekstslide

7.4 ruit en vlieger (oppervlakte)
???

Slide 21 - Tekstslide

7.4 ruit en vlieger (oppervlakte)


Opdracht 26

Slide 22 - Tekstslide

7.5 F- en Z-hoeken
  • Wat zijn F- en Z-hoeken?
  • Twee evenwijdige lijnen met een lijn erdoorheen
  • Welke hoeken zijn gelijk?
  • De binnenste hoeken (met kruisje/stipje) zijn gelijk.

Slide 23 - Tekstslide

7.5 F- en Z-hoeken
  • Wat zijn F- en Z-hoeken?
  • Twee evenwijdige lijnen met een lijn erdoorheen
  • Welke hoeken zijn gelijk?
  • De binnenste hoeken (met kruisje/stipje) zijn gelijk.
  • De F/Z kan ook gespiegeld of op de kop
  • Hulpmiddel bij opdrachten: Schets je figuur en
     teken met een andere kleur de F of Z. (op de toets
    zelf mag je gewoon tekenen)

Slide 24 - Tekstslide

7.5 F- en Z-hoeken. 33

Slide 25 - Tekstslide

7.5 F- en Z-hoeken. 34

Slide 26 - Tekstslide

Tijd over? Samen iets van de toetsvoorbereiding

Slide 27 - Tekstslide

Aan de slag 

Maak: 7.1, 7.2, 7.3, 7.4, 7.5 en toetsvoorbereiding

Klaar? Nakijken

Helemaal klaar? Extra opdrachten Somtoday en/of boom, foutgemaakte opdrachten opnieuw, samenvatten, leren.






Je gaat rustig aan het werk!

Heb je een vraag: Lees je aantekeningen door, lees de uitleg in het boek en/of overleg op fluistertoon met je buurman / buurvrouw vóór je je vinger opsteekt. 


Slide 28 - Tekstslide

Lesdoel behaalt?
  • Ik kan de hoeken van een driehoek berekenen;
  • Ik kan de hoeken van een vierhoek berekenen;
  • Ik kan drie soorten driehoeken herkennen en er mee werken;
  • Ik kan werken met een bissectrice;
  • Ik kan werken met overstaande hoeken;
  • Ik kan een trapezium en parallellogram herkennen en ermee werken;
  • Ik kan een ruit en vlieger herkennen en er mee werken;
  • Ik kan F- en Z-hoeken herkennen;
  • Ik weet wat ik moet doen voor de toets.

Slide 29 - Tekstslide

Hoe ging de les?

Slide 30 - Tekstslide