1.3: Vermogen en energie

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo
• Leerjaar 3

1.3: Vermogen en energie

Vermogen

Vermogen: de hoeveelheid elektrische

energie die een apparaat per seconde

verbruikt. 

De eenheid van vermogen (P) is watt (W)

Vermogen

Oefenen vermogen

Een lampje van 500 mA vebruikt 6 V. Wat is het vermogen van het lampje?

Oefenen vermogen

Een lampje van 500 mA vebruikt 6 V. Wat is het vermogen van het lampje?

I = 500 mA = 0,5 A, U = 6V, Vermogen van het lampje?

P = U * I

P = 6 * 0,5 = 3 W

Het vermogen van de lamp is 3 W. 

Energieverbruik

Energieverbruik

Oefenen energieverbruik

Een stijltang met een vermogen van 45 W, je vergeet hem uit het stopcontact te halen en laat 'm 2 uur liggen. Wat is het energieverbruik van de stijltang? 

Oefenen energieverbruik

Een stijltang met een vermogen van 45 W, je vergeet hem uit het stopcontact te halen en laat 'm 2 uur liggen. Wat is het energieverbruik van de stijltang? 

P = 45 W = 0,045 kW, t = 2 uur, Energieverbruik?

E = P * t

E = 45 *2 = 0,090 kWh

Het energieverbruik van de stijltang is 0,090 kWh

Kosten energieverbruik

Het energieverbruik van de stijltang is 0,090 kWh, 1 kWh kost €0,23. Hoeveel geld kost het je ouders?

Kosten energieverbruik

Het energieverbruik van de stijltang is 0,090 kWh, 1 kWh kost €0,23. Hoeveel geld kost het je ouders?

0,090 * 0,23 = €0,0207

Huiswerk: 1.3 alle opdrachten