feces

feces
doelstellingen deze les:
- je weet waarop je moet letten bij het controleren van de feces;
- je kan observatiegegevens rapporteren;
- je kan hulp bieden bij het defeceren;
je kent defecatieproblemen

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BasiszorgMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

feces
doelstellingen deze les:
- je weet waarop je moet letten bij het controleren van de feces;
- je kan observatiegegevens rapporteren;
- je kan hulp bieden bij het defeceren;
je kent defecatieproblemen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

waar denk je aan bij feces?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Feces
Wordt gevormd in het spijsverteringskanaal.
Het is het eindproduct van de spijsvertering.

Ontlasting bestaat uit:
  • Ongeveer 75% water
  • Afgeschilferd darmslijmvlies
  • Zouten en slijm
  • Bacteriën
  • Ongeveer 10% afvalproducten van de voeding
  • galkleurstof

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Observeren Feces
Observatiepunten zijn:

  • Frequentie = aantal keer dat iemand ontlasting heeft per 24 uur/ per week
  • Hoeveelheid = normaal is 100 á 200 gram per dag
  • Kleur = bruin; komt door galstoffen die onder invloed van darmsappen verkleuren.
  • Consistentie = vastheid van de ontlasting
  • Geur
  • Samenstelling = ontlasting is samengesteld uit allerlei bestanddelen.

EN RAPPORTEREN

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

wat vinden jullie van deze kleur?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rapporteren
bij;
  • te vaak of te weinig ontlasting,
  • om medische redenen
  • op verzoek van een arts
  • bij geheugenstoornis van cliënt
op een defecatie lijst.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een zorgvrager met stopverf ontlasting heeft problemen die wijzen op problemen met....
A
De galwegen
B
Ontsteking van de darmwand
C
Bloedverlies in de darmen

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies het goede woord:
Meneer Louweren heeft problemen met zijn ontlasting. Hij kan moeilijk naar het toilet. Meneer heeft last van.....
A
obesitas
B
obstipatie
C
incontinentie

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies het goede woord:
Meneer Louweren heeft problemen met zijn ontlasting. Hij kan moeilijk naar het toilet. Het is belangrijk dat hij veel....... eet.
A
vetten
B
voedingsvezels
C
eiwitten

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kies het goede woord:
Meneer Louweren heeft problemen met zijn ontlasting. Hij kan moeilijk naar het toilet. Het is belangrijk dat hij ....... drinkt.
A
veel
B
weinig

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

noem oorzaken van
incontinentie van feces

Slide 14 - Woordweb

Incontinentie kan optreden als gevolg van diarree. Bij diarree is de aandrang zo heftig dat het niet mogelijk is de ontlasting op te houden. Bereik je niet op tijd het toilet of de postoel, dan verlies je de ontlasting.
De zorgvrager kan een aandoening van de darmen hebben waardoor diarree ontstaat, bijvoorbeeld chronische darmontsteking bij de ziekte van Crohn of colitis ulcerosa.
De zorgvrager kan een darmoperatie hebben ondergaan waardoor de ontlasting onvoldoende kan indikken en hij altijd dunne ontlasting heeft.
Er kan sprake zijn van een cognitieve stoornis, bijvoorbeeld dementie, waardoor het besef er niet meer is om de ontlasting op te houden.
Er kan sprake zijn van neurologische stoornissen waardoor de kringspier van de anus niet meer werkt, zoals bij een dwarslaesie, een CVA en multipele sclerose.
Er kan sprake zijn van een beschadiging van de kringspier van de anus door letsel, bijvoorbeeld een ruptuur als gevolg van een bevalling.

oorzaken incontinentie feces
  • neurologische stoornissen,
  •  dementie, 
  • bewusteloosheid 
  • beschadiging van de sluitspieren. 
Er is sprake van dubbele incontinentie als de zorgvrager incontinent is van zowel urine als ontlasting.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diarree is een...
A
Objectief symptoom
B
Subjectief symptoom

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is het kenmerk van diarree?
A
ontlasting is vloeibaar
B
ontlasting is dik
C
ontlasting komt in kleine hoeveelheden
D
ontlasting komt 1 keer per dag

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Iemand met diarree moet;
timer
0:15
A
veel drinken
B
pruimen eten
C
voedsel zonder vezels eten
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tekst
Diarree
Obstipatie
vezelrijke gezonde voeding
uitdroging
donkere urine
aambeien
harde ontlasting
ontlasting pijnlijk
Bij bedlegerige mensen
Vaak meerdere keren per dag
waterdunne ontlasting

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

einde lesonup
vragen?

 






Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak onderstaande leerdoelen
Aan het einde van dit thema:
- De student kan benoemen wat de 6 observatiepunten zijn m.b.t. het observeren van feces.
- De student kan benoemen waarom feces geobserveerd moet worden.
-De student kan benoemen welke afwijkende kleur feces waarop kan wijzen.
- De student kan benoemen welke hulp je als verpleegkundige kunt bieden t.a.v. de toiletgang.
- De student weet wat obstipatie en diarree is kan benoemen wat de verschijnselen en behandelingen/adviezen zijn.
- De student kan benoemen welke zorg je als verpleegkundige kunt bieden en welke adviezen je geeft in je rol van verpleegkundige.
- De student weet welke verschillende groepen van laxantia bestaan.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies