608

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Zoek je plek

Pak je

spullen

Deze les:

Sara

Na'iema

Zain

Omer

Alper

Mirhasan

Khaled

Moemen

Bureau

Bord

Mustafa

Enes

Energie-

omzetting?

Start+ Planning bekijken

HW bespreken 

Start 6.5

- Wat weet je al over vermogen?

- Vermogen door een nieuwe bril.

- Drie voorbeeld opdrachtjes

Maken

- Opdracht 53, 54

5 min 

20 min

15 min

Planning

wk	maandag	woensdag	vrijdag
48	6.5: Vermogen	6.5: Rendement	Afronding H6
49	Oefententamen maken	Oefententamen Bespreken	Laatste vragen

Tentamen H3 en H6

Zoek je plek

Pak je

spullen

Deze les:

Sara

Na'iema

Zain

Omer

Alper

Mirhasan

Khaled

Moemen

Bureau

Bord

Mustafa

Enes

Energie-

omzetting?

Start+ Planning bekijken

HW bespreken 

Start 6.5

- Wat weet je al over vermogen?

- Vermogen door een nieuwe bril.

- Drie voorbeeld opdrachtjes

Maken

- Opdracht 53, 54

5 min 

30 min

5 min

E​ch​​=r​V​​⋅V

E​ch​​=r​m​​⋅m

E​el​​=

E​k​​=

E​str​​

Q

E​z​​=

       en       

in Binas 28B

r​V​​

r​m​​

Antwoord a

• Ech = rV x V
• Ech = (36x10⁹)x(65/1000)
• Ech = 2,3x10⁹ J

Antwoord c

• Ech = rV x V
• Ech = (18x10⁹)x(?)
• Ech = (18x109)x(7,65x10^-4)
• Ech = 1,4x10⁷ J

Antwoord b

• Ech = rm x m
• Ech = 29x10⁶× 35000
• Ech = 1,0x10¹² J

• ρ = m / V 
• V = m / ρ
• ρ uit Binas : 0,85x10³ kg/m³
• V =  (0,650)/(0,85x10³)
• V = 7,65x10^-4 m³

Vermogen

Vermogen is de hoeveelheid energie die een apparaat per seconde verbruikt.

H2

P=​t​​E​​

Vermogen

Vermogen is de hoeveelheid energie die een apparaat per seconde verbruikt.

H2

P=​t​​E​​

Vermogen is de hoeveelheid energie die een apparaat per seconde omzet.

P=​t​​W​​

H6

P=​t​​W​​

P=​t​​W​​

W=F⋅s

P=​t​​F⋅s​​

P=​t​​W​​

W=F⋅s

P=​t​​F⋅s​​

v=​t​​s​​

P=​t​​W​​

W=F⋅s

P=​t​​F⋅s​​

v=​t​​s​​

P=F⋅v

Je kent nu 4 formules voor vermogen

vermogen en energie

vermogen en arbeid

vermogen en spanning/stroom

vermogen en kracht/snelheid

P=

P=

P=

P=

Voorbeeld 1:

Safae gaat 

een week op vakantie en vergeet een lamp (4W) uit te doen. 

Bereken hoeveel energie de lamp verbruikt tijdens haar vakantie. 

Voorbeeld 2:

Een vliegtuigmotor levert een kracht van 200 kN als het vliegtuig met 900km/h vliegt.

Bereken het nuttig vermogen van de vliegtuigmotor.

Voorbeeld 3:

De straalmotor van een raket levert tijdens een lancering 15 TJ aan arbeid.

Na 3 minuten gaan de motoren uit.

Bereken het nuttig vermogen van de straalmotor.

Voorbeeld 1:

Safae gaat 

een week op vakantie en vergeet een lamp (4W) uit te doen. 

Bereken hoeveel energie de lamp verbruikt tijdens haar vakantie. 

Gegevens

• P = 4 W
• t = 1 week = 7x24x60x60
      = 604800 s

Gevraagd

• E = ?

Formule

• E = P x t 

Berekening

• E = 604800 x 4

Antwoord

• E = 2419200 = 2 x 106 J

Voorbeeld 2:

Een vliegtuigmotor levert een kracht van 200 kN als het vliegtuig met 900km/h vliegt.

Bereken het nuttig vermogen van de vliegtuigmotor.

Gegevens

• F = 200 kN
      = 200000 N
• v = 900 km/h
      = 250 m/s

Gevraagd

• P = ?

Formule

• P = F x v

Berekening

• P = 200000 x 250

Antwoord

• P = 50 000 000
   P = 5,00x107 W
  

Voorbeeld 3:

De straalmotor van een raket levert tijdens een lancering 15 TJ aan arbeid.

Na 3 minuten gaan de motoren uit.

Bereken het nuttig vermogen van de straalmotor.

Gegevens

• E = 15 TJ
       = 15 x 1012 J
• t = 3 min = 180 s
  

Gevraagd

• P = ?

Formule

• P = E / t

Berekening

• P = 15x1012 / 180 

Antwoord

• P =8 x 1010 W
  

Aan de slag:                            

53 en 54ab

Antwoord a

Gegevens

• E_in = 350 J
• t = 1 min = 60 s

Gevraagd

• P = ?

Formule

• P = E / t

Berekening

• P = 350 / 60

Antwoord

• P = 5,83333 W
• P = 6 W

53

Antwoord b

Gegevens

• t = 5 h 18 min
      = 318 min
      = 19080 s
• P = 335 W

Gevraagd

• W = ?

Formule

• P = W / t
  
• W = P x t

Berekening

• W = 335 x 19080

Antwoord

• W = 6391800 J
• W = 6,39x10⁶ J = 6,39 MJ

53

Antwoord c

Gegevens

• E = 0,90 kWh
• E = 0,90 x 3600000
       = 3240000 J
• P = 75 W

Gevraagd

• t = ?

Formule

• P = E / t
• t = E / P

Berekening

• t = 3240000 / 75

Antwoord

• t = 43200 = 43x10³ s
• t = 12 uur

53

Antwoord a

• De auto rijdt met een constante snelheid over een vlakke weg, dus de motorkracht moet gelijk zijn aan de totale weerstandskracht: 473 N

54

Antwoord b

Gegevens

• s = 12 km = 12000 m
• v = 100 km/h = 27,777778 m/s
• F_w = F_motor = 473 N

Gevraagd

• P = ?

Formule

• P = F x v

Berekening

• P = 473 x 27,7777778

Antwoord

• P = 13138.8889
• P = 13 kW

54

Aan de slag:                            

55, 56, 57

Aan de slag:                            

55, 56, 57