4V - 606

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Natuurkunde

Pak je natuurkunde spullen.

Welke energie omzetting vindt er hier plaats?

Huiswerk inleveren

Vermogen

Vermogen is de hoeveelheid energie die een apparaat per seconde verbruikt.

H2

P=​t​​E​​

Vermogen

Vermogen is de hoeveelheid energie die een apparaat per seconde verbruikt.

H2

P=​t​​E​​

Vermogen is de hoeveelheid energie die een apparaat per seconde omzet.

P=​t​​W​​

H6

P=​t​​W​​

P=​t​​W​​

W=F⋅s

P=​t​​W​​

W=F⋅s

P=​t​​F⋅s​​

P=​t​​W​​

W=F⋅s

P=​t​​F⋅s​​

v=​t​​s​​

P=​t​​W​​

W=F⋅s

P=​t​​F⋅s​​

v=​t​​s​​

P=F⋅v

Je kent nu 4 formules voor vermogen

vermogen en energie

vermogen en arbeid

vermogen en spanning/stroom

vermogen en kracht/snelheid

P=

P=

P=

P=

Voorbeeld 1:

Safae gaat 

een week op vakantie en vergeet een lamp (4W) uit te doen. 

Bereken hoeveel energie de lamp verbruikt tijdens haar vakantie. 

Voorbeeld 2:

Een vliegtuigmotor levert een kracht van 200 kN als het vliegtuig met 900km/h vliegt.

Bereken het nuttig vermogen van de vliegtuigmotor.

Voorbeeld 3:

De straalmotor van een raket levert tijdens een lancering 15 TJ aan arbeid.

Na 3 minuten gaan de motoren uit.

Bereken het nuttig vermogen van de straalmotor.

E​st​​

E​el​​

E​st​​

E​el​​

Rendement

Rendement geeft aan welk deel van de gebruikte energie wordt omgezet in nuttige energie.

η=​E​in​​​​E​nut​​​​

Rendement

Rendement geeft aan welk deel van de gebruikte energie wordt omgezet in nuttige energie.

η=​E​in​​​​E​nut​​​​

=​P​in​​​​P​nut​​​​

Rendement

Rendement geeft aan welk deel van de gebruikte energie wordt omgezet in nuttige energie.

η=​E​in​​​​E​nut​​​​

=​P​in​​​​P​nut​​​​

(x 100%)

Voorbeeld 1: 

Een gloeilamp van 70W levert 3W aan stralingsenergie.

Bereken het rendement van de gloeilamp.

Voorbeeld 2:

Een ledlamp (7W) heeft een rendement van 93%.

Bereken hoeveel stralingsenergie de ledlamp levert.

Voorbeeld 3: 

Om een liter water te koken is 365 kJ nodig. Een waterkoker heeft een rendement van 98%

Bereken hoeveel energie een waterkoker verbruikt voor het koken van het water 

Natuurkunde

Pak je natuurkunde spullen.

Welke energie omzetting vindt er hier plaats?

Aan de slag:                            

55, 56, 57