Workshop eetproblematiek

Workshop Eetproblematiek
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Workshop Eetproblematiek

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen van deze les
  • Je weet welke eetstoornissen er zijn
  • Uitleggen wat het begrip voedingstoestand betekent
  • gevolgen benoemen van een verslechterde voedingstoestand
  • oorzaken benoemen van ondervoeding en overeten
  •  gevolgen benoemen van ondervoeding en overeten

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

ARFID Avoidant Restrictive Food Intake Disorder. Met je gewicht of lichaam ben je niet bezig. Het kan je niet schelen of je aankomt of afvalt.
Weerzinwekkende geuren, smaken en structuren
OSFEDNAO (niet anders omschreven) is eigenlijk een oude benaming voor deze eetstoornis, aangezien deze sinds de DSM-5 officieel ‘Andere gespecificeerde voedings- of eetstoornis’ wordt genoemd.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eetproblemen

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Een eetprobleem kan kwantitatief zijn: De cliënt krijgt dan
onvoldoende binnen. 
Het kan ook kwalitatief zijn: De cliënt krijgt wel genoeg binnen, maar te eenzijdig.

Slide 7 - Tekstslide

Een eetprobleem kan kwantitatief zijn: het kind krijgt dan
onvoldoende binnen. In het uiterste geval wordt dit aangevuld met sondevoeding. Het kan ook kwalitatief zijn: het
kind krijgt wel genoeg binnen, maar te eenzijdig.
De voedingstoestand
"De samenstelling en conditie van het lichaam als gevolg van enerzijds de inname, absorptie en benutting van voeding, en anderzijds de invloed van ziektefactoren."

Slide 8 - Tekstslide

Ook personen met een gezond gewicht of overgewicht kunnen ondervoed zijn. Bij acuut verlies van voedingsstoffen door braken of diarree kan de voedingstoestand snel verslechteren, vooral als er ook een toegenomen energiebehoefte is door ziekte of koorts.
Wat is het gevolg van een slechte voedingstoestand?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk je aan bij een eetstoornis?

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken eetstoornissen
Waarschijnlijk een combinatie van bio-psycho-sociale factoren.
  

  • Negatief zelfbeeld/lichaamsbeleving
  • Sterk perfectionisme
  • (Emotionele) faalangst
  • Obsessieve persoonlijkheidstrekken
  • Extreem lijngedrag
  • Controle behoefte (mogelijk uit trauma, persoonlijkheid)
  • Extreem veel sporten of bewegen om af te vallen
  • Extreem dwangmatig gezond eten (orthorexia)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • beschadiging slokdarm
  • Verlaagde weerstand
  • uitdrogen
  • haaruitval
  • minder pigment
  • obstipatie
  • nierbeschadiging
  • tanderosie
Gevolgen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Criteria voor ondervoeding
Eén of meer van onderstaande kenmerken moet aanwezig zijn
Een of meer van onderstaande oorzaken moet aanwezig zijn
Onbedoeld gewichtsverlies: 5% of meer onbedoeld gewichtsverlies in de afgelopen 6 maanden of 10% of meer onbedoeld gewichtsverlies in een periode van langer dan de afgelopen 6 maanden
Tekort aan voedingsstoffen: 1 week meer dan 50% minder gegeten hebben dan de energiebehoefte of meer dan 2 weken verminderde inname of opname of een chronische maagdarmaandoening die inname of opname negatief beïnvloedt
Laag BMI
Ziekte of inflammatie (ontsteking): acute ziekte of trauma of chronische aan ziekte gerelateerde inflammatie 
Verminderde spiermassa

Slide 13 - Tekstslide

BMI lager dan 18,5 bij volwassen 
Bij ouderen (boven 70 jaar) een BMI lager dan 20
Oorzaken van ondervoeding

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De gevolgen
  • Daling van de weerstand;
  • Verhoogde kans op ziekteproblemen, zoals infecties, decubitus, vallen en vertraagde wondgenezing;
  • Kan leiden tot een langere opnameduur in ziekenhuizen;
  • Verhoogd medicijngebruik;
  • Afname van de kwaliteit van leven.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie hebben risico op ondervoeding?
Grootste groepen die risico hebben op ondervoeding zijn kwetsbare ouderen, chronisch zieken, mensen met kanker, mensen die een grote operatie ondergaan en mensen met een ernstig trauma. 
 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichamelijke gevolgen van overeten:
 Maag- en slokdarmbeschadigingen
 Overgewicht, met bijbehorende risico’s als diabetes mellitus, hart- en vaatziekten en
beroerte.
 Verhoging concentratie serotonine in hersenen
 Stijging activiteit sympathisch zenuwstelsel en concentratie adrenaline

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen op het welzijn en persoonlijke leven:
Een eetstoornis tast de kwaliteit van leven van mensen duidelijk aan. 
Mogelijke gevolgen zijn:
 Vermoeidheid, apathie en preoccupatie met voedsel
 Belemmering of stagnering persoonlijkheidsvorming
 Sociale gevolgen en sociaal isolement
 Depressiviteit
 Angstklachten
 Geheugen- en concentratiestoornissen
 Neuropsychologisch disfunctioneren
 Arbeidsongeschiktheid

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pathologie

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

PICA
De drang om dagelijks niet-eetbare dingen te consumeren, zoals bijvoorbeeld aarde, haar, steentjes en munten,etc.

Slide 21 - Tekstslide

We kunnen nog geen exacte oorzaak geven voor het ontstaan van pica. Net als bij andere eetstoornissen gaat het vaak om een combinatie van factoren. Wél blijkt uit onderzoek dat iemand met pica vaak ook is gediagnostiseerd met een ontwikkelingsstoornis of een psychische stoornis. Bij kinderen met een ontwikkelingsstoornis zoals autisme wordt bijvoorbeeld vaker pica geconstateerd dan bij leeftijdsgenootjes zonder ontwikkelingsstoornis. Er zijn ook aanwijzingen dat armoede, verwaarlozing en mishandeling aanleiding kunnen zijn voor het ontwikkelen van pica. De medische term komt van het Latijn voor ekster (Pica pica), een vogel die volgens de folklore onophoudelijk objecten verzamelt om zijn nieuwsgierigheid te bevredigen.
Kijkvraag filmpje
Wat zijn de verschillen tussen anorexia en boulimia?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Anorexia

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feiten Anorexia Nervosa
  • Van alle psychische stoornissen is anorexia de dodelijkste.
  • 6-10% overleeft anorexia niet.
  • 5.600 patiënten in Nederland.
  • 95% van de patiënten is meisje.
  • Elk jaar komen daar 1.300 meisjes bij.
  • 45% herstelt volledig, 30% gedeeltelijk, 25% niet.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

binge-eating disorder
Eetstoornis waarbij de patiënt terugkerende perioden van eetbuien heeft, zonder dat de patiënt (veel) maatregelen neemt om gewichtstoename te voorkomen.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

https://www.parnassiagroep.nl/uw-probleem/eetstoornis/binge-eating-disorder-eetbuistoornis-

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De eetbuistoornis kan lichamelijke klachten tot gevolg hebben. Welke hieronder zijn juist?
A
Suikerziekte & gewrichtsklachten
B
hart- en vaatziekten & een te hoog cholesterol
C
ondergewicht & haaruitval
D
A & B zijn beide goed

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

voeding bij autisme
Ze willen alleen maar groen of oranje eten en geen warme
maaltijd, fruit of rauwe groenten. Eetproblemen komen veel
voor bij clienten met autisme

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandelingen eetstoornissen
Bij het behandelen van eetproblemen, kijk je allereerst
of het eetprobleem primair of secundair is

Slide 32 - Tekstslide

Een primair eetprobleem vindt zijn oorsprong in
het kind zelf. Vaak is er dan iets misgegaan bij de ontwikkeling en het leren eten.
Als een eetprobleem komt door omgevingsfactoren, dan is het secundair. 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Link

Game 

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ik kies mijn eten
Eten en drinken zijn basisbehoeftes die dagelijks vervuld moeten worden. Eten hoort veilig, gezond en liefst afwisselend te zijn. Thuis maken mensen die keuzes elke dag zelf. In de zorg hebben begeleiders veel invloed op de samenstelling van het menu van hun cliënten.

Slide 37 - Tekstslide

http://ikkiesmijneten.nl/

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een verminderde eetlust kan ontstaan door tijdelijk of blijvend geur- en smaakverlies

Slide 39 - Tekstslide

Wat weer lijdt tot ondervoeding. 
Wat zijn signalen dat iemand boulimia heeft?
A
braaklucht
B
kauwgom kauwen
C
overal snoep/ koek papiertjes
D
A,B en C zijn juist

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De volgende lichamelijke klachten horen bij Anorexia Nervosa:
A
haaruitval
B
Geen menstruatie
C
maag- en darmproblemen
D
A, B & C zijn alle drie juist

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen oorzaak van ondervoeding?
A
Kauw- en slikproblemen
B
Eenzaamheid door corona
C
Dementie
D
Operatie aan een moedervlek

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jan heeft een vreetbui en na het eten braakt hij.
Welke eetstoornis is dit?
A
Anorexia
B
Boulimia
C
Binge eating disorder
D
Anorexia & binge eating disorder

Slide 43 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen kenmerk van anorexia nervosa?
A
Negatieve zelfbeeld
B
Angst om dik te worden
C
Perfectionist
D
Angst om af te vallen

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slikproblemen

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

           Verdikkingsmiddelen                    bij slikproblemen

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slikproblemen
Wat mag de zorgvrager eten?
Houding
Hulpmiddelen

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verslikken en verstikken

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aspiratiepneumonie
  1. Longontsteking door verslikking.
  2. Onvermogen van zorgvragers om voldoende te hoesten bij verslikken.
  3. Bij braken, reflux en verslikken.
  4. Belangrijkste aandachtspunt: Koorts

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ademhalingsproblemen
Verstikking/verslikking

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verslikken/
verstikken 

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies