Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
H4 aanwijzend voornaamwoord, bijvoeglijk en zelfstandig gebruikt
aanwijzende voornaamwoorden
aanwijzende voornaamwoorden
1 / 18
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
In deze les zitten
18 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
20 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
aanwijzende voornaamwoorden
aanwijzende voornaamwoorden
Slide 1 - Tekstslide
deze, die, dit, dat
Gebruik je voor een zelfstandig naamwoord:
ce joueur
cet incroyable joueur
cette actrice
ces acteurs
Slide 2 - Tekstslide
-ci ( dichtbij) -là ( ver weg)
die agent = cet agent-là
deze organisatie = cette organisation-ci
Slide 3 - Tekstslide
deze problemen
A
ces problèmes-ci
B
ce problème-ci
C
ces problèmes-là
D
ce problème-là
Slide 4 - Quizvraag
dat beest
A
c'animal-là
B
cet animal-ci
C
cet animal-là
D
ce animal-là
Slide 5 - Quizvraag
die meisjes
A
ces jeunes filles- là
B
cettes jeunes filles-là
C
ces jeunes filles- ci
D
cettes jeunes filles-ci
Slide 6 - Quizvraag
deze acteur
Slide 7 - Open vraag
die directrice
Slide 8 - Open vraag
Zonder zelfstandig nw (dus zelfstandig gebruikt):
celui, celle, ceux, celles
( mnl ev, vrl ev, mnl mv, vrl mv)
= deze, die, degene
Slide 9 - Tekstslide
Het zelfstandig gebruikte aanw. vnw. gebruik je altijd in combi met:
de
--> voici la clé de la voiture et
celle de
la maison
een betrekkelijk voornaamwoord
--> J'aime les dessins, mais pas
ceux qui
sont ici.
-ci of -là
--> Quel livre veux-tu lire ?
Celui-ci
ou
celui-là
?
Slide 10 - Tekstslide
Tu as arrêté quel agent ?
A
ce-là
B
ceux-là
C
celui-là
D
celle-là
Slide 11 - Quizvraag
Quelle adresse veux-tu avoir?
A
cette de tes parents
B
celle de tes parents
C
celui de tes parents
D
celles de tes parents
Slide 12 - Quizvraag
Quels élèves vont passer en havo 5?
A
ceux avec les bons résultats
B
ces-là avec les bons résultats
C
ces avec les bons résultats
D
leurs avec les bons résultats
Slide 13 - Quizvraag
Quelles séries préfères-tu?
A
cettes avec de l'humour
B
ces avec de l'humour
C
ceux avec de l'humour
D
celles avec de l'humour
Slide 14 - Quizvraag
dus....
Slide 15 - Tekstslide
ce(t), cette, ces
-ci /- là
Slide 16 - Tekstslide
Zelfstandig gebruikt
celui, celle, ceux, celles
- ci / -là
Slide 17 - Tekstslide
Les devoirs
Ex. 11abc, 13, 14 (lundi 8 avril)
Slide 18 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
H4 aanwijzend voornaamwoord, bijvoeglijk en zelfstandig gebruikt
Maart 2023
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 aanwijzend voornaamwoord, bijvoeglijk en zelfstandig gebruikt
Januari 2023
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Unité 2 : leçon 1
November 2021
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
les 4 - 2 april 2024
April 2024
- Les met
26 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 herhaling Unité 4 LS
Maart 2023
- Les met
31 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
§9 Aanwijzend voornaamwoord - l'adjectif démonstratif
Februari 2023
- Les met
33 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2-4
2havo Het aanwijzend voornaamwoord
Februari 2023
- Les met
31 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Unité 2 : leçon 1
Mei 2023
- Les met
15 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3