8. Alle werkwoordtijden door elkaar (3) (zinnen)

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Alle werkwoordtijden door elkaar (meerkeuze)

- Je kunt werkwoorden in het praesens, het imperfectum, het perfectum en het plusquamperfectum in zinnen herkennen en aanwijzen.

- Je kunt op voldoende niveau zinnen vertalen waarin vormen van het praesens, het imperfectum, het perfectum en het plusquamperfectum voorkomen.

Opdracht

Geef een vertaling van de volgende zinnen. Let op: alle tijden die je tot nu toe hebt geleerd, staan door elkaar!

Gebruik indien nodig de woordenlijst achterin je tekstboek.

Filius prope matrem manebat, sicut ea rogaverat.

Vir uxorem discedere non audiverat, quod dormiebat.

Romani Castori et Polluci templum aedificaverunt in loco, ubi dei populo victoriam nuntiaverant.

Quando in arena sanguis hominum et animalium terram coloraverat, Marcus semper oculos clausos tenebat.

colorare = kleuren // clausos = gesloten

In mensa stabant pocula. Servus pocula vino compleverat.

Mensa = tafel

Gaudebat miles, quod nuper hostem superaverat.

Filiae patri de spectaculo animalium narraverunt, nam is spectaculum non spectaverat.

Quando milites victoriam reportaverant, Romani triumphum celebrabant.

reportare = behalen

Quamquam hostis eum vulneraverat, miles tamen pugnam finire recusavit.

quamquam = hoewel

Ignis Vestae non ardebat, nam puellae ignem haud bene curaverant, dum Aemilia aberat.

bene = goed // aberat = impf van abesse

Extra oefening

Wil je met nog meer zinnen of teksten oefenen? Maak dan een van de volgende opdrachten:

- Mandatum XXII (p. 122 HB)

- De 3 teksten op p. 124 (HB)