Tacitus, Annales XIII, 16.

1 / 27
volgende
Slide 1: Video
LatijnSecundair onderwijs

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Slide 2 - Link

Annales XIII, 16.
Mos habebatur
principum liberos cum ceteris idem aetatis nobilibus sedentes
vesci in adspectu propinquorum propria et parciore mensa.

Slide 3 - Tekstslide

Welke functie heeft de bijzin die volgt na 'Mos habebatur'?
A
Bijwoordelijke bijzin van tijd
B
Bijwoordelijke bijzin van doel
C
Onderwerpszin
D
Voorwerpszin

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het onderwerp in de bijzin?
A
Principum
B
Liberos
C
Ceteris
D
Aetatis

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de kern van onderstaande woorden?
Liberos
Nobilibus
Adspectu
Mensa
Principum
Sedentes
Ceteris
Aetatis
Propinquorum
Propria
Parciore

Slide 6 - Sleepvraag

Annales XIII, 16.
illic epulante Britannico,
quia cibos potusque eius delectus ex ministris gustu explorabat,
ne omitteretur institutum 
aut utriusque morte proderetur scelus,
talis dolus repertus est.

Slide 7 - Tekstslide

Indic.
Coni.
Praesens
Imperfectum
Futurum simplex
Perfectum
Plqpf
Futurum simplex
Praesens
Perfectum
Impf.
Plqpf.
Explorabat
Omitteretur
Proderetur
Repertus est

Slide 8 - Sleepvraag

Wat is de functie van de bijzin die het voegwoord 'quia' inleidt?
A
Bijwoordelijke bijzin van gevolg
B
Bijwoordelijke bijzin van doel
C
Bijwoordelijke bijzin van tijd
D
Bijwoordelijke bijzin van reden

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de functie van de bijzin die het voegwoord 'ne' inleidt?
A
Bijwoordelijke bijzin van gevolg
B
Bijwoordelijke bijzin van doel
C
Bijwoordelijke bijzin van tijd
D
Bijwoordelijke bijzin van reden

Slide 10 - Quizvraag

Welke stijlfiguur is 'proderetur scelus'?
A
Alliteratie
B
Chiasme
C
Antinthese
D
Inversie

Slide 11 - Quizvraag

Welke woorden verbindt 'aut'?
A
Ne & talis
B
Omitteretur & proderetur
C
ne & utriusque
D
institutum & morte

Slide 12 - Quizvraag

Annales XIII, 16.
innoxia adhuc ac praecalida et libata gustu potio 
traditur Britannico;
dein, postquam fervore aspernabatur, 
frigida in aqua adfunditur venenum,
quod ita cunctos eius artus pervasit,

Slide 13 - Tekstslide

Welke stijlfiguur is: 'innoxia adhuc ac praecalida et libata gustu potio'?
A
Inversie
B
Polysyndeton
C
Asyndeton
D
Tricolon

Slide 14 - Quizvraag

Indic.
Coni.
Praesens
Imperfectum
Futurum simplex
Perfectum
Plqpf
Futurum simplex
Praesens
Perfectum
Impf.
Plqpf.
Aspernabatur
Traditur
Adfunditur
Pervasit
Raperentur

Slide 15 - Sleepvraag

Annales XIII, 16.

trepidatur a circumsedentibus,   
diffugiunt imprudentes:
at quibus altior intellectus,
resistunt defixi
et Neronem intuentes.

Slide 16 - Tekstslide

Annales XIII, 16.
ille ut erat reclinis et nescio similis, 

solitum ita ait per comitialem morbum,
 
quo prima ab infantia adflictaretur Britannicus,

et redituros paulatim visus sensusque.

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de functie van 'nescio'?
A
Datief van nabijheid
B
Datief van gelijkheid
C
Bezitsdatief
D
Voorwerpsdatief

Slide 18 - Quizvraag

Determineer 'adflictaretur'.
Gebruik geen afkortingen.

Slide 19 - Open vraag

Determineer 'redituros'.
Gebruik geen afkortingen.

Slide 20 - Open vraag

Welke stijlfiguur is 'adflictaretur Britannicus'?

Slide 21 - Open vraag

Wat is de functie van de bijzin dit 'ut' inleidt?
A
Bijwoordelijke bijzin van doel
B
Bijwoordelijke bijzin van gevolg
C
Bijwoordelijke bijzin van tijd
D
Bijwoordelijke bijzin van vergelijking

Slide 22 - Quizvraag

Welke stijlfiguur vind je terug in 'trepidatur a circumsedentibus diffugiunt imprudentes'?
A
Chiasme
B
Parallellisme
C
Polysyndeton
D
Inversie

Slide 23 - Quizvraag

Annales XIII, 16.
at Agrippina[e] is pavor,
ea consternatio mentis,
quamvis vultu premeretur,
emicuit,
ut perinde ignaram fuisse 
[quam] Octaviam sororem Britannici constiterit:

Slide 24 - Tekstslide

Annales XIII, 16.
quippe sibi supremum auxilium ereptum 
et parricidii exemplum intellegebat.
Octavia quoque, quamvis rudibus annis,
dolorem caritatem omnes adfectus abscondere didicerat.
ita post breve silentium repetita convivii laetitia.

Slide 25 - Tekstslide

Agrippina
Octavia
ignaram
sororem Britannici
Vultu premeretur
Parricidi exemplum
Sibi supremum auxilium ereptum
Rudibus annis
dolorem
caritatem
omnes adfectus

Slide 26 - Sleepvraag

Welke stijlfiguur vind je terug in de laatste zin van de tekst?
A
Inversie
B
Polysyndeton
C
Ellips
D
Asyndeton

Slide 27 - Quizvraag