Onderzoeksvragen (minstens 3) Moeten over beweging ging. Extra punten als er vragen over andere natuurkundige grootheden gaan. (Energie/vermogen/arbeid/impuls...)
Uitvoering Hierin beschrijf je waar je op gaat letten bij het opnemen van je video.
>>> Gebruik het voorbeeld werkplan wat op Magister staat!<<<
Op het werkplan krijg je feedback, maar geen cijfer.
Slide 3 - Tekstslide
Planning
Deadlines: 3 februari (week 5)- Teams doorgeven
12 februari (week 6)- Werkplan inleveren
23 februari (week 8)- Video inleveren
5 maart (week 9) - Eindverslag
Week 6 t/m 12
Hoofdstuk 4: Trillingen
Week 13 t/m 19
Hoofdstuk 5: Straling
Week 20 en 21
Herhaling
Slide 4 - Tekstslide
Deze week:
Vandaag
- Hoe schrijf je een werkplan? - Start hoofdstuk 4
Vrijdag 2e uur
- Afmaken 4.1
Vrijdag 7e uur
- Werkplan schrijven
Werkplan al af? Dan is aanwezigheid niet verplicht.
Slide 5 - Tekstslide
Hoofdstuk 4
4.1 Eigenschappen van trillingen
4.2 Diagrammen en functies
4.3 Krachten bij trillingen
4.4 Resonantie
Slide 6 - Tekstslide
Vibratiemotor
Trilt 180 keer per seconde.
Slide 7 - Tekstslide
Koptelefoons / speakers
Trillen tussen de 100 en 100000 keer per seconde.
Slide 8 - Tekstslide
Vering
Slide 9 - Tekstslide
Simpele trillingen
Slinger
Massa aan een veer
Slide 10 - Tekstslide
Wat is een trilling?
Slide 11 - Tekstslide
Wat is een trilling?
Een trilling is een herhaalde beweging rondom een evenwichtsstand.
Slide 12 - Tekstslide
Vul het werkblad in
timer
7:00
Slide 13 - Tekstslide
Eigenschappen van trillingen
Grootheid
Symbool
Eenheid
Definitie
trillingstijd
(of periode)
T
seconde (s)
Hoe lang het duurt om één trilling te maken.
frequentie
f
per seconde (s-1)
of
Hertz (Hz)
Aantal trillingen per seconde.
uitwijking
u
meter (m)
De afstand van een trillend voorwerp tot de evenwichtstand.
amplitude
A
meter (m)
Maximale uitwijking.
T=f1
f=T1
Slide 14 - Tekstslide
Eigenschappen van een trilling:
Trillingstijd: Hoe lang het duurt om één trilling te maken. (=Periode)
Frequentie: De hoeveelheid trillingen per seconde.
Uitwijking: De afstand van een trilling voorwerp tot de evenwichtstand.
Amplitude: De maximale uitwijking vanaf de evenwichtstand.