3. De sociale verhoudingen in Nederland

De industriële samenleving 
van Nederland


3. De sociale verhoudingen in Nederland
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De industriële samenleving 
van Nederland


3. De sociale verhoudingen in Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Deelvraag: Hoe veranderde de Industriële Revolutie de sociale verhoudingen in Nederland?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen op welke manier de de sociale verhoudingen veranderden in Nederland.

Slide 4 - Tekstslide

De Sociale kwestie
  • 19e eeuw: handwerk en fabriekswerk bestaan nog naast elkaar
  • werkomstandigheden in de fabriek zijn slecht en ongezond
  • SOCIALE KWESTIE = besef dat  de slechte leefomstandigheden veranderd moeten worden.

Slide 5 - Tekstslide

Het begin van een oplossing: de 1e sociale wet
  • 1874
  • Kinderwet van Van Houten
  • LINK QUIZ
  • kinderen onder de twaalf mochten niet meer in de fabriek werken.
  • Leuke wet, maar er was niemand die dat controleerde...
Samuel van Houten

Slide 6 - Tekstslide

Aan de slag
Opdracht 1 t/m  8 maken.

Blz. 24 en 25 lezen.


 

Slide 7 - Tekstslide

Arbeiders gaan samenwerken
  • In je eentje deed je weinig aan de misstanden in de fabriek
  • samenwerken tegen de eigenaren
  • arbeiders verenigden zich in vakbonden en gingen staken

Slide 8 - Tekstslide

Arbeiders willen kiesrecht
  • Er was nog steeds censuskiesrecht
  • Alleen rijkere burgers in de 2e kamer
  • Kans op sociale wetten is groter als arbeiders ook mogen stemmen
  • De arbeiders wilden dus graag algemeen kiesrecht (lukt in 1917)
  • LINK kort filmpje over kiesrecht

Slide 9 - Tekstslide

Pieter Jelles Troelstra
(socialisten)
  • Oprichter SDAP
  • Sociaal Democratische Arbeiders Partij
  • Doel: de arbeidsomstandigheden verbeteren via goede sociale wetten
  • Verschil met communisme =  communisten willen gelijkheid bereiken via revolutie tegen het kapitaal

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag
 Opdr. 9 t/m  15

 

Slide 11 - Tekstslide

De Eerste Wereldoorlog
  • 1914 - Nederland neutraal
  • goed voor de Nederlandse industrie, want andere landen kochten bij ons!
  • Later werd het lastiger, gebrek aan grondstoffen door de oorlog op zee. Gevolg minder productie
  • distributiesysteem = alleen spullen kopen op de bon

Slide 12 - Tekstslide

Successen voor de arbeider
  • In het buitenland was de situatie nog erger
  • de Nederlandse regering greep in voor het ook hier zover zou komen
  • 1919 Arbeidswet
  • Hierin werden allerlei afspraken voor de arbeiders vastgelegd
  • CAO Collectieve ArbeidsOvereenkomst.

Slide 13 - Tekstslide

Crisis
  • Na WOI  herstelde de NLDse economie zich snel
  • Helaas: 1929: wereldwijde economische crisis
  • Grote werkeloosheid en geldproblemen
  • premier Colijn lanceert de aanpassingspolitiek = Niet meer geld uitgeven dan er binnenkomt

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag
Hoofdstuk 3:
 Opdracht: 9 t/m 20


 

Slide 15 - Tekstslide