Paragraaf 5: Regering

ORION COLLEGE DROSTENBURG
Terugblik op vorige les


Toetsstof: 
inleiding maatschappijleer +
parlementaire democratie: paragraaf 1 t/m 6 

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolVoortgezet speciaal onderwijshavoLeerroute HLeerjaar 5

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

ORION COLLEGE DROSTENBURG
Terugblik op vorige les


Toetsstof: 
inleiding maatschappijleer +
parlementaire democratie: paragraaf 1 t/m 6 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel 

  1. Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen waarom we een regering/kabinet nodig hebben. 
  2. Het verloop van de kabinetsformatie herken je en kun je uitleggen. 
  3. De begrippen: coalitie, oppositie en de rol van ministers in een regering herken je en kun je uitleggen.
  4. Je geeft je mening over een stelling
Presentaties staan ook op n@tschool, bekijk ze goed!

Slide 2 - Tekstslide

Wie zitten er in de regering?


timer
0:20
Tekst
timer
0:20
A
Koning +ministers (rood)
B
ministers + staatssecretarissen (geel)
C
Tweede Kamerleden (groen)
D
Eerste Kamerleden (blauw)

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Video

Waarom hebben we een kabinet nodig als er al een gekozen Tweede Kamer is?  

Slide 5 - Tekstslide

 
  • Met 150 mensen van verschillende partijen het land besturen, is niet mogelijk. Vandaar dat de Kamer, op basis van de verkiezingsuitslag, een soort dagelijks bestuur samenstelt.
  • Behalve om praktische redenen is het ook gewenst (machtenscheiding) dat de uitvoerende macht wordt gecontroleerd door het het parlement. 

Slide 6 - Tekstslide

Waarom is het vormen een nieuw kabinet zo lastig?
  • Er zijn veel (kleine) partijen

  • Verschillende standpunten

  • Geen partij heeft de absolute meerderheid (de helft plus 1 = 76 zetels)

  • Partijen moeten dus samenwerken (coalitie)

Slide 7 - Tekstslide

Kabinetsformatie
  1.  Uiterlijk 1 week na de installatie van de nieuwe Tweede Kamer debatteren de partijen over de verkiezingsuitslag. In dit debat benoemt de Tweede Kamer een informateur.
  2. Informateur onderzoekt beste combinatie van partijen.
  3. Informateur laat partijen compromissen sluiten.
  4. Compromissen geslaagd? Dan coalitie mogelijk.
  5. Regeerakkoord wordt opgesteld.
  6. Daarna gaat formateur aan de slag (is meestal minister president)
  7. Formateur zoekt geschikte ministers en staatssecretarissen bij elkaar. 
  8. Koning benoemt ministers en staatssecretarissen en tot slot volgt foto op bordes. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Welke partijen zaten aan de onderhandelingstafel tijdens de succesvolle formatie
timer
0:20
A
VVD, D66, PVV, CU (rood)
B
VVD, PvdD, CU, D66 (geel)
C
VVD, D66, CU, CDA (groen)
D
PvdA, D66, Groen Links (blauw)

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Link

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Ministers
  • Elke minister heeft een eigen beleidsterrein, zoals defensie.
  • Minister geeft leiding aan duizenden ambtenaren die wetsvoorstellen en adviezen geven. 
  • Ministerraad. 
  • Naast ambtenaren heeft een minister vaak een staatssecretaris onder zich, die verantwoordelijk is voor een deel van zijn beleidsterrein. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Tekstslide

Coalitie & oppositie

  • In Nederland is geen enkele partij groter dan de meerderheid van de Tweede Kamer.
  • Om die meerderheid wel te hebben, moeten partijen samenwerken. 
  • Partijen die in de regering samenwerken, heten: coalitie.
  • Partijen die niet in de regering zitten, maar wel in de Tweede Kamer, heten: oppositie

Slide 17 - Tekstslide

Maak de uitgedeelde opdracht in duo's

timer
3:00

Slide 18 - Tekstslide

Juiste stappen
5-1-3-7-6-2-4

Slide 19 - Tekstslide

Casus: Satudarah

Slide 20 - Tekstslide

Duominister
Het Ministerie van Justitie en Veiligheid  is een Nederlands ministerie. Het ministerie gaat over alles wat met justitie te maken heeft en zorgt dat Nederland veilig is. Zo wordt de politie en de bestrijding van terrorisme door het ministerie geregeld.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

Individueel: schrijf op wat je van onderstaande stelling vindt.






De Nederlandse regering moet motorclubs zoals Satudarah verbieden
timer
1:00

Slide 23 - Tekstslide

Vergelijk je mening met buurman/buurvrouw
timer
1:00

Slide 24 - Tekstslide

Stelling klassikaal bespreken

Slide 25 - Tekstslide

Wat hebben we geleerd?

  • Schrijf 3 nieuwe feiten op in je schrift/werkboek die je vandaag hebt geleerd. 
  • Welke vraag heb je nog over deze les?
  • Bewaar deze aantekening goed, volgende les starten we er mee!

Slide 26 - Tekstslide

Dank voor jullie aandacht!

Slide 27 - Tekstslide