Stofwisseling
1 / 19
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Mond:
Als je eet, steek je het eten natuurlijk eerst in je mond. In je mond wordt het voedsel tot kleine stukjes vermaalt door de tanden en wordt het voedsel al een stuk verteerd door het speeksel, want hierin zitten enzymen - zoals amylase - die het eten al een stuk omzetten naar voedingsstoffen. Een enzym is een eiwit dat een proces versnelt wat normaal heel langzaam verloopt. Amylase breekt zetmeel af, waardoor het (na ingewikkelde chemische reacties) glucose (suiker) wordt.
Slide 3 - Tekstslide
Geef alle kinderen een koekje en laat ze ervaren wat er gebeurd.
Slide 4 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Slide 5 - Tekstslide
Maag:
Na de slokdarm bevindt het voedsel zich nu in de maag. De maag trekt de hele tijd samen, waardoor het eten fijngemaald wordt. In de maag zitten allerlei zure sappen, waardoor de bacteriën die op het voedsel zaten zo goed als allemaal dood zijn. De binnenkant van de maag is bekleed met een dikke laag slijmvlies. Deze slijmvlieslaag beschermt de maagwand tegen het zure maagsap. Ook het speekselamylase wordt "uitgezet". De maag zorgt daarnaast ook voor het opnemen van alcohol en aspirine.
Een normale, warme maaltijd blijft ongeveer drie uur in de maag. Hoe vetter de maaltijd, hoe langer het duurt voordat het voedsel klaar is om door te stromen naar de twaalfvingerige darm. Het duurt normaal gesproken ongeveer 24 tot 48 uur voordat het voedsel dat we gegeten hebben in de wc terecht komt.
Slide 6 - Tekstslide
Dunne darm:
De dunne darm is ongeveer vijf meter lang. Hier vindt het belangrijkste deel van de spijsvertering plaats. Eerst wordt het voedsel afgebroken tot kleine voedingsstoffen. In de dunne darm zitten darmvlokken. Daarna nemen de darmvlokken voedingsstoffen op in het bloed. Dat bloed brengt de stoffen dan doorheen heel het lichaam, zodat spieren, organen enzovoort normaal kunnen functioneren.
Slide 7 - Tekstslide
Dikke darm:
De dikke darm is ongeveer één meter lang. Voedselresten die het lichaam niet kan gebruiken komen in de dikke darm. In de dikke darm worden vocht en zouten uit de ontlasting gehaald. De voedingsstoffen die nu nog niet verteerd zijn, zoals galzouten en water, worden door de dikke darm verteerd
Slide 8 - Tekstslide
Endeldarm en anus:
In de endeldarm worden alle overige stoffen, waar het lichaam niks mee kan doen, verzameld om daarna te worden uitgeplast of -gepoept via de anus.
Slide 9 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Waar begint je lichaam met de spijsvertering?
A
Endeldarm
B
Mond
C
Slokdarm
D
Maag
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Doorgeslikt voedsel komt in je...?
A
Mond
B
Dikke darm
C
Maag
D
Twaalfvingerige darm
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoelang is je dunne darm?
A
3 meter
B
4 meter
C
5, 5 meter
D
6,5 meter
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de vaste afvalstof?
Slide 13 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de vloeibare afvalstof?
Slide 14 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoelang blijft het voedsel in je lichaam?
A
0 tot 12 uur
B
12 tot 24 uur
C
24 tot 36 uur
D
24 tot 48 uur
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 17 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 18 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 19 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
