Maatsoorten

Maat&Ritme
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
MuziekMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Maat&Ritme

Slide 1 - Tekstslide

Waarom een maat(soort)?
-  Geeft structuur aan het te spelen nummer, zowel bij het lezen als het luisteren. 
- Door de maatsoort ontstaat er een accent op de eerste tel. 
- Dit geeft ook een bepaalde sfeer aan een nummer.
- Bij samenspel (orkest, band) geeft het een houvast om gelijktijdig te spelen.

Slide 2 - Tekstslide

Maat

Slide 3 - Tekstslide

Maatsoort
De maatsoort staat aan het begin van de notenbalk. Aan het bovenste cijfer is te zien hoeveel tellen er in de maat zitten. Het onderste cijfer vertelt welke noot één tel duurt, dus met welke notenwaarde we tellen (de teleenheid).

Slide 4 - Tekstslide

Maatsoorten
De eerste tel van de maat kun je het beste horen omdat die de meeste nadruk krijgt. Je noemt deze tel
het hoofdaccent. Hieronder aangegeven met >



Noten met 2 of 3 tellen in de maat hebben maar één accent, het hoofdaccent dus.


Slide 5 - Tekstslide

Als er méér dan 3 tellen in de maat zijn, wordt de maat verdeeld in groepjes van 2 en/of 3 tellen. 

Het eerste groepje krijgt het hoofdaccent. Het andere groepje (of groepjes) krijgt ook een accent, het nevenaccent.
Hier aangegeven met __




Slide 6 - Tekstslide

Welke maatsoort staat dit nummer?
A
2/4
B
3/4
C
4/4
D
6/8

Slide 7 - Quizvraag

Hoeveel tellen zitten er in de maat?
A
2
B
3
C
4
D
6

Slide 8 - Quizvraag

Welke maatsoort? (na het intro)
A
4/4
B
3/4
C
6/8
D
12/8

Slide 9 - Quizvraag

Hoeveel tellen?

Slide 10 - Open vraag

Hoeveel tellen?

Slide 11 - Open vraag

Opmaat
Incomplete maat aan het begin van een nummer, accentloos (want het accent blijft op de 1e tel). Bijvoorbeeld
'zie GINDS komt de stoomboot' 

Slide 12 - Tekstslide

Hoor je hier
een opmaat?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quizvraag

Wanneer hoor je
de opmaat?
A
Well
B
Well your
C
Love

Slide 14 - Quizvraag


Beat en Afterbeat
Syncope




Wat als het accent niet op de (eerste) tel ligt?


 

Slide 15 - Tekstslide