§5.2 Energiegebruik thuis

§5.2 Energiegebruik thuis
Lesplanning:
  1. Klassikale oefenopgave
  2. Opgaven §5.2 maken
  3. Afsluiting 
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

§5.2 Energiegebruik thuis
Lesplanning:
  1. Klassikale oefenopgave
  2. Opgaven §5.2 maken
  3. Afsluiting 

Slide 1 - Tekstslide

Vrijdag week 6
Hoe kan je thuis elektrische
energie bezuinigen?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De inhoud van §5.2
  • De eenheid kWh
  • Energie bezuinigen
      vermogen apparaat
      sluipverbruik
      duurzaamheid apparaat 
  • Energielabels

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De grootte van 1 kWh
Met 1,0 kWh elektrische energie kun je:

.  10 uur internetten of
.  15 keer je haar fohnen
.  Één kleine koelkast 1 dag laten koelen.
.  4 avonden tv kijken
.  250 gaatjes boren

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies



Energielabel

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spaarlamp vs gloeilamp
Een gloeilamp van 60 W is wat lichtopbrengst betreft vergelijkbaar met een spaarlamp van 12 W. Een gloeilamp kost € 0,80 en brandt maximaal 1000 uur en een spaarlamp kost € 4,50 en  gaat 20 000 uur mee. Stel dat de lampen 3 uur per dag branden en je € 0,20 / kWh betaalt.

Wat betaal je om beide lampen
20 000 uur te laten branden?
Gloeilamp
  • 20 lampen 
      20 * 0,80 = €16
  • E (kWh) = P (kW) * t (h) 
  • E = 0,060 * 20 000
      E = 1200 kWh
  • 1200 * 0,20 = €240
  • Totaal: €256

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spaarlamp vs gloeilamp
Een gloeilamp van 60 W is wat lichtopbrengst betreft vergelijkbaar met een spaarlamp van 12 W. Een gloeilamp kost € 0,80 en brandt maximaal 1000 uur en een spaarlamp kost € 4,50 en  gaat 20 000 uur mee. Stel dat de lampen 3 uur per dag branden en je € 0,20 / kWh betaalt.

Wat betaal je om beide lampen
20 000 uur te laten branden?
Spaarlamp
  • 1 lamp  = €4,5
  • E (kWh) = P (kW) * t (h) 
  • E = 0,012 * 20 000
      E = 240 kWh
  • 240 * 0,20 = €48
  • Totaal: €52,5

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De spaarlamp is €3,70 duurder dan een gloeilamp om de kosten hiervoor eruit te halen moet de spaarlamp 18,5 kWh besparen. Hoe lang duurt het voordat je de spaarlamp 'eruit haalt'?
P_gloeilamp = 60 W
P_spaarlamp = 12 W
Tip
Elke seconde bespaart een spaarlamp 48 J.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Spaarlamp vs gloeilamp

Spaarlamp €3,7 duurder
Pgloeilamp = 60 W
Pspaarlamp = 12 W
€0,20 per kWh
  • 3,7 / 0,20 = 18,5 kWh
      18,5 kWh kost €3,7 
  • Elke seconde bespaart de     spaarlamp 48 J
  • E (kWh) = P(kW) * t (h)
    18,5 = 0,048 * t
  • t = 18,5 / 0,048 = 385 h

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Opgave 21 t/m 24

Stel je vragen bij het maken van de opgaven!!
HW §5.1 nog maken
Wessel, Mirthe*, Manou, Kamiel, Joost*, Izmarij, Frank, Floris* en Ebeltsje

Missen een paar opgaven:
Alexandra*, Mick, Siemen en Simon

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het einde van de les
kun je...
  • benoemen hoe je elektrische energie kunt besparen;
  • belangrijke informatie aflezen van een energielabel;
  • energieverbruik van apparaten berekenen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heb je de stof van §5.2 begrepen? Wat vind je nog lastig?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies