Les 10

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 1 - Tekstslide

Vendredi 30 septembre
Le programme pour aujourd'hui :
- Hoe leer jij de woorden;
- Je kunt een dialoog rond omgeving voorstellen begrijpen;
- Je kunt jouw eigen omgeving voorstellen;
- Jij kunt het werkwoord être in zinnen aanpassen.

Slide 2 - Tekstslide

Objectif numéro 1
Hoe leer je de woorden?

Slide 3 - Tekstslide

Hoe leer jij de woorden
  • Actief leren:
  • Woorden hardop lezen: FR-NL/ NL-FR
  •  Woorden laten overhoren: FR-NL/ NL-FR
  • Dictée: FR-NL/ NL-FR
  • Met woorden oefenen: Quizlet/ WRTS
  • Met zinnen oefenen: Libre Service Online
  • Mindmap maken

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Hoe leer jij de woorden
  • Regelmatig oefenen:

Slide 6 - Tekstslide

Hoe leer je de woorden


Andere tips?

Slide 7 - Tekstslide

Objectif numéro 2
Je kunt een dialoog rond omgeving voorstellen begrijpen.

Slide 8 - Tekstslide

Le dialogue
1/ Regarde et écoute Madame Baichere

(Pour moi : Jeanne et Tristan, p. 30)


Slide 9 - Tekstslide

Le dialogue
1/ Ecoute encore Madame Baichere

2/ Antwoord de vragen: exercice 19, page 32.

Ne regarde pas le dialogue !

Slide 10 - Tekstslide

Le dialogue
1/ Regarde le dialogue de Jeanne et Tristan, page 30

2/ Controleer jouw antwoorden: exercice 19, page 32.


Slide 11 - Tekstslide

Exercice 19, page 32
  • 1/ zijn nieuwe wijk = son nouveau quartier
  • het zwembad = la piscine
  • mensen die hij kent (Lucas, Nathan, Rémi et Emma) 
  • zijn huis = sa maison
  • zijn tuin = son jardin
  • zijn school = son école / son collège

Slide 12 - Tekstslide

Objectif numéro 3
Je kunt jouw eigen omgeving voorstellen.

Slide 13 - Tekstslide

Et toi ?
Parle en duo :
- Tu habites dans quelle ville ?
- Tu habites dans quel quartier ?
- Tu habites dans une maison ou dans un appartement ?
- Tu es dans quelle école ?
- Tu es dans quelle classe ?
Tip : welk (e) =
quel (m)
quelle (v)
timer
4:00

Slide 14 - Tekstslide

Et toi ?
La classe parle :
- Tu habites dans quelle ville ?
- Tu habites dans quel quartier ?
- Tu habites dans une maison ou dans un appartement ?
- Tu es dans quelle école ?
- Tu es dans quelle classe ?

Slide 15 - Tekstslide

"Quel" ou "quelle" ?
- Tu habites dans quelle ville ?
- Tu habites dans quel quartier ?

1/ Wanneer gebruik je quelle en wanneer gebruik je quel?
2/ Wat betekent quel/ quelle?
3/ Bedenkt een vraag met quel of quelle
timer
4:00

Slide 16 - Tekstslide

Objectif numéro 4
Jij kunt het werkwoord être in zinnen aanpassen.

Slide 17 - Tekstslide

Les phrases/ de zinnen avec "être"
- Tu es dans quelle école ?
............................
- Maed est dans quelle classe ?
............................

Pense bien. 

Slide 18 - Tekstslide

Geef antwoord met een hele zin:
Tu es dans quelle classe ?

Slide 19 - Open vraag

Lesdoelen behaald?
- Hoe leer je de woorden;
- Je kunt een dialoog rond omgeving voorstellen begrijpen;
- Je kunt jouw eigen omgeving voorstellen;
- Jij kunt het werkwoord être in zinnen aanpassen.

Slide 20 - Tekstslide

Lesdoelen behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll