Arm & Rijk; binnen steden

Arm & rijk in Nederland
3.1 Arm en rijk binnen steden

Open lessonup

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Arm & rijk in Nederland
3.1 Arm en rijk binnen steden

Open lessonup

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen
  • Lessonup openen
  • Voorstellen 
  • Uitleg via LessonUp
  • Opdrachten werkboek: 2, 3, 4

Slide 2 - Tekstslide

Noordman (NOOS)

Slide 3 - Tekstslide


Wat betekent armoede volgens jou?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Video

Waar zie je eerder armoede?
A
In wijken met veel huurwoningen
B
In wijken met veel koopwoningen

Slide 6 - Quizvraag

Koophuis

  • Als je genoeg geld verdient kan je een huis kopen en geld lenen van de bank.
  • WOZ- waarde is de waarde van de woning. Hoe duurder het huis hoe hoger de WOZ-waarde. Hoe meer belastingkosten.
Huurhuis

  • Woning coropotatie (sociale woningbouw)
  • Betaalbare woningen 

Slide 7 - Tekstslide

Een prettige leefbaarheid afhankelijk van:

  • Veiligheid
  • Voorzieningen
  • Groenvoorzieningen
  • Onderhoud
  • Bebouwingsdichtheid

Slide 8 - Tekstslide

Schrijf de vijf punten van een leefbare wijk op:

Slide 9 - Open vraag

Welvaart 

Hoe gemakkelijk je kan voldoen in de behoefte aan voedsel, huisvesting, kleding, onderwijs en gezondheidszorg.
Welzijn

Of het goed gaat met je. 
Gezondheid, veiligheid etc.

Slide 10 - Tekstslide

Arm en rijk in de Nederlandse wijken

Kan jij dit herkennen? 

Slide 11 - Tekstslide

=Hier wonen voornamelijk mensen met een ................ inkomen?
A
Hoog
B
Gemiddeld
C
Laag

Slide 12 - Quizvraag

Hier wonen voornamelijk mensen met een ................ inkomen?
A
Hoog
B
Gemiddeld
C
Laag

Slide 13 - Quizvraag

Hier wonen voornamelijk mensen met een ................ inkomen?
A
Hoog
B
Gemiddeld
C
Laag

Slide 14 - Quizvraag

Opdrachten maken
WAT: maken opdrachten werkboek: 2, 3, 4.
TIJD: Overige tijd......? Atliertijd?

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag 
WAT: maken opdrachten werkboek: 2, 3, 4.

HOE: eerste 5 minuten in stilte, daarna samenwerken.

HULP: Na de eerste 5 minuten mag je zacht overleggen.

TIJD: Overige deel van de les

HUISWERK: wat niet af is

Slide 16 - Tekstslide