Geschiedenis Thema 4 herhaalles
1 / 11
Lesduur is: 20 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat weet je nog van thema 4?
Slide 2 - Woordweb
Wat is een goede omschrijving van het woord kolonie?
A
Een boerenbedrijf
B
Een veroverd gebied ver weg
C
Een gebied ver weg
D
Een gebied met slaven
Slide 3 - Quizvraag
Wat kochten de mannen van de WIC van het geld van de slavenhandel?
A
Suiker
B
Wapens
C
Katoen
D
Tabak
Slide 4 - Quizvraag
Wie is de planter op een plantage?
A
De belangrijkste slaaf
B
De eigenaar van de plantage
C
De vrouw van de eigenaar van de plantage
D
De slaaf die suikerriet plant
Slide 5 - Quizvraag
Veel slaven stierven jong. Schrijf 3 redenen op.
Slide 6 - Open vraag
Welk land schafte in 1807 de slavenhandel af?
A
Engeland
B
Frankrijk
C
Nederland
D
Amerika
Slide 7 - Quizvraag
Waarom werkten Nederlandse planters liever met slaven dan met arbeiders? Schrijf twee redenen op.
Slide 8 - Open vraag
Hoe werden planters geholpen na de afschaffing van de slavernij?
A
De regering betaalde tien jaar lang de arbeiders van de planters
B
De planters kregen van de regering een bedrag van driehonderd gulden per slaaf
C
De regering kocht tien jaar lang alle katoen en suiker op
Slide 9 - Quizvraag
Wat betekent Keti Koti?
A
Vrijheid
B
Gebroken ketens
C
Slavernij
D
WIC
Slide 10 - Quizvraag
Zo goed ken ik de stof van thema 4. Geef een geheel cijfer.
