1 Feedback is specifiek en ‘to the point’.
2 Feedback is beschrijvend en heeft betrekking op gedragsaspecten.
3 Beide partijen kunnen hun voordeel met de feedback doen.
4 Feedback is actueel.
5 De ontvanger staat open voor de feedback.
6 wissel complimenteuze en corrigerende feedback met elkaar af.
7 Beschrijf het gedrag dat je hebt waargenomen.
8 Vertel welk effect het gedrag van de ander op je heeft.
9 Ga na of de ander de feedback heeft begrepen. 10. Geef suggesties voor verandering van het gedrag.