NRC

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Jongeren en financiën

Welkom

Ga zitten op je plek 

Lesplanning

- Paasei

- Werkwoordspelling oefening/ lezen

- tekst bespreken

Paasei

- Inleveren..wie wil aanpassen?

Lezen/werkwoordspelling

Gisteren op het feest (praten) iedereen door elkaar.

Mijn oom (barbecueën) elke zaterdag

Ze hebben kalfsvlees (klonen)

De timmerman (bonken) op de muren

Klaar? Pak je leesboek

Gisteren op het feest praatte iedereen door elkaar.

Mijn oom barbecuet elke zaterdag.

Ze hebben kalfsvlees gekloond.

De timmerman bonkte op de muren

Op tafel

- Ipad en tekst.

De rest is weg.

Wat bedoelt de titel met ‘Tikkies?! Die stuur ik niet’?

Hoe weerspiegelt de titel de houding van sommige jongeren tegenover betaalverzoeken?

Waar gaat de tekst over?

Welke financiële gewoonten van jongeren worden besproken?

Welke rol spelen sociale en culturele factoren in het omgaan met geld?

Welke kernzin beschrijft hoe jongeren omgaan met achteraf betalen?

Welke zin geeft aan wat MoneyWays wil bereiken met hun lessen?

Wat is het doel van deze tekst:

1. Informeren
2. overtuigen
3. activeren
4. amuseren

Waarom is het belangrijk dat jongeren leren budgetteren?

Hoe kunnen jongeren volgens de tekst slimmer omgaan met hun financiën?

Woordenschat

Saldo =

Incassobureau =

Budgetinstituut =

Gebagatelliseerd =

Begroting =

Op de pof kopen =  

Woordenschat

Saldo = Het bedrag dat op je bankrekening staat.

Incassobureau = Een bedrijf dat geld komt innen als je te laat betaalt.

Budgetinstituut = Een organisatie die advies geeft over geldzaken, zoals het Nibud.

Gebagatelliseerd = Minder belangrijk gemaakt dan het eigenlijk is.

Begroting = Een overzicht van je inkomsten en uitgaven.

Op de pof kopen = Iets kopen zonder dat je er meteen geld voor hebt (op krediet).

Paasei kleuren

of lezen in je leesboek