4. Geslachtskenmerken, hormonen en menstruatiecyclus

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we vandaag doen?

  • Herhalen reductiedeling
  • Uitleg over geslachtskenmerken
  • Uitleg over hormonen
  • Uitleg over de menstruatiecyclus 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk

Vragen?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reductiedeling

Teken voor jezelf in je schrift de verschillende stappen van de reductiedeling.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gewone celdeling (Mitose)
Reductiedeling (Meiose)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geslachtskenmerken, hormonen en menstruatiecyclus

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geslachtskenmerken
Primaire geslachtskenmerken

Secundaire geslachtskenmerken

Testosteron / oestrogeen
  • Je kunt uitleggen en herkennen wat primaire en secundaire geslachtskenmerken zijn.
  • Je kunt uitleggen wat hormonen zijn en wat hun functie is in het lichaam
  • Je kunt uitleggen wat de menstruatiecyclus is en hoe deze werkt.
Wat moet je na deze les kunnen?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geslachtskenmerken: primair en secundair
(Hierdoor zie je welk geslacht iemand heeft)
Primaire geslachtskenmerken:
Aanwezig bij de geboorte:
Meisje: schaamlippen, geslachtsopening
Jongen: penis, balzak

Secundaire geslachtskenmerken:
Ontstaan in de puberteit. 
Meisje: borsten, ronde vormen, bredere heupen
Jongen: borsthaar, baardhaar, baard in de keel

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lichamelijke veranderingen vinden plaats o.i.v. hormonen.
Hormonen: Stoffen die allerlei processen in het lichaam regelen
Hormoonklieren: Klieren die de hormonen (stoffen) produceren. Ze geven de hormonen af aan het bloed.
Primaire en secundaire geslachtskenmerken

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn primaire geslachtskenmerken?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn secundaire geslachtskenmerken van de vrouw?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn secundaire geslachtskenmerken van de man?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hormonen
Ontwikkeling van secundaire geslachtskenmerken wordt geregeld door hormonen. 
Hormonen zijn stoffen die allerlei processen in je lichaam regelen. 
Hormonen worden geproduceerd door hormoonklieren en afgegeven aan het bloed. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk orgaan geeft hormonen af aan de teelballen en eierstokken?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe worden de vrouwelijke geslachtshormonen genoemd?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe worden de mannelijke geslachtshormonen genoemd?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Menstruatie

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menstruatie
Menstruatiecyclus

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menstruatie

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menstruatie

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menstruatie

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menstruatiecyclus
Bijna geen enkele vrouw menstrueert precies om de 4 weken. Vooral in de puberteit kan de menstruatie zeer onregelmatig plaatsvinden. Soms zit er veel tijd tussen de menstruaties.

Slide 25 - Tekstslide

Eicel blijft 12-24 uur leven na eisprong.
Als hij niet bevrucht wordt wordt hij in de eileider afgebroken en opgenomen
Menstruatiecyclus
  • Van menstruatie tot menstruatie
  • Dag 1 - Start menstruatie
  • +/- dag 14 - Ovulatie (eisprong), meest vruchtbare moment
  • Cyclus duurt ongeveer 28 dagen

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menstruatiecyclus

1. Er rijpt een eicel in één van de eierstokken
2. Het baarmoederslijmvlies wordt dikker
3. Ovulatie
4. Menstruatie

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Op welke dag vindt meestal de eisprong plaats tijdens de menstruatiecyclus
A
13
B
14
C
15
D
16

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is een andere naam voor eisprong?
A
menstruatie
B
follikel
C
gele lichaam
D
ovulatie

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er op dag 14 in de menstruatie cyclus?
A
Ongesteld zijn
B
Ovulatie
C
Innesteling
D
Menstruatie

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je graag zwanger wilt worden rond welke dag van de menstruatiecyclus moet je dan gemeenschap(Sex) hebben ?
A
rond dag 1
B
rond dag 14
C
rond dag 28
D
tijdens je menstruatie

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat gebeurt er met een eicel als deze niet bevrucht wordt door een spermacel?

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

even herhalen
menstruatiecyclus duurt gemiddeld 28 dagen

menstruatiecyclus start op dag 1 met de menstruatie

rond dag 14 vindt de ovulatie plaats


Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk:

Doorlezen/samenvatten/blauwe woorden 2.5

Opdrachten van 2.4 af

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies