Basisstof 2 De bloedsomloop

Neem je boek en laptop voor
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Neem je boek en laptop voor

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Herhaling vorige les
Uitleg basisstof 2
Afmaken opdrachten 3.2
Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de belangrijkste taak van de rode bloedcellen?
A
Vervoeren van zuurstof
B
Ziekteverwekkers doden
C
Bloed laten stollen

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de belangrijkste taak van de witte bloedcellen?
A
Zuurstof vervoeren
B
Ziekteverwekkers doden
C
Bloed laten stollen

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de belangrijkste taak van de Bloedplaatjes?
A
Vervoeren van zuurstof
B
Ziekteverwekkers doden
C
Bloed laten stollen

Slide 5 - Quizvraag

Waar bestaat bloedplasma uit?
A
water en zout
B
water en opgeloste stoffen
C
water en eiwitten en opgeloste stoffen
D
water en zout en eiwitten

Slide 6 - Quizvraag

Basisstof 1: Bloed Blz. 88
Bloed bestaat uit bloedplasma (55%) en uit bloedcellen en bloedplaatjes (45%). 

Slide 7 - Tekstslide

Thema 3 De bloedsomloop
3.1 Bloed
3.2 De bloedsomloop
3.3 Het hart
3.4 Uitscheiding
3.5 Het immuunsysteem
3.6 Gezond leven

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen basisstof 2 De bloedsomloop
- Je kunt drie typen bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies.
- Je kunt in het bloedvatenstelsel van de mens slagaders en aders benoemen.
- Je kunt de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Bloedvatenstelsel
Het bloedvatenstelsel bestaat uit het hart en alle bloedvaten

De weg die het bloed aflegt noemen we de bloedsomloop

Het bloed blijft in het lichaam dus we hebben een gesloten bloedsomloop

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Dubbele bloedsomloop
Als we een bloedcel volgen komt deze 2 keer door het hart.

Grote bloedsomloop: 1 keer van en naar alle organen 
Kleine bloedsomloop: 1 keer van en naar de longen 

Slide 13 - Tekstslide

Kleine bloedsomloop

Rechterharthelft – longen – linkerharthelft

Functie: zuurstof opnemen in het bloed en koolstofdioxide afgeven aan de lucht

Slide 14 - Tekstslide

Grote bloedsomloop

Linkerharthelft – rest van het lichaam – rechterharthelft

Functie: zuurstof en voedingsstoffen afgeven aan cellen en koolstofdioxide en andere afvalstoffen opnemen in het bloed



Slide 15 - Tekstslide

Drie type bloedvaten





1 ader                        2 haarvaten                 3 slagader

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slagaders
- Van het hart weg
- Hoge bloeddruk
- Dikke, stevige en elastische wand
- ‘Slag’ merkbaar (pols, hals)
- Dieper in het lichaam gelegen




Slide 18 - Tekstslide

Haarvaten
Haarvaten zitten tussen de slagaders en aders in.

- Wand van één cellaag dik
- Witte bloedcellen en vocht met zuurstof, voedingsstoffen en afvalstoffen (o.a. koolstofdioxide) kunnen door de wand



Slide 19 - Tekstslide

Aders
- Naar het hart toe
- Lage bloeddruk
- Dunne wand
- Geen ‘slag’ merkbaar
- Ondiep in het lichaam gelegen
- Kleppen verhinderen dat het bloed terugstroomt (vooral in armen en benen)

Slide 20 - Tekstslide

Haarvat
Slagader
Ader

Slide 21 - Sleepvraag


Bevatten slagaders zuurstofrijk bloed?
longslagader niet
A
ja
B
nee
C
bijna altijd

Slide 22 - Quizvraag

Slagaders
Haarvaten
Aders
Gespierde wand
1 cellaag dik
'Vervoert bloed naar het hart toe
Vervoert bloed 
van hart af
Heeft kleppen
Hier vindt gaswisseling plaats

Slide 23 - Sleepvraag


Je kunt je hartslag meten bij je pols.
Dit is een voorbeeld van een
A
aorta
B
slagader
C
ader
D
haarvat

Slide 24 - Quizvraag


In welke bloedvaten is
de bloeddruk laag?
A
In haarvaten en aders
B
alleen in aders
C
alleen in haarvaten
D
in slagaders

Slide 25 - Quizvraag

In welke bloedvaten worden stoffen in het bloed opgenomen en aan organen afgegeven?
A
aders
B
haarvaten
C
slagaders
D
de holle aders

Slide 26 - Quizvraag

Door welke bloedvaten stroomt het bloed vanuit je lichaam terug naar het hart?
A
Aders
B
Haarvaten
C
Slagaders
D
de aorta

Slide 27 - Quizvraag

Namen bloedvatenstelsel
Kleine bloedsomloop:
longslagaders – longaders
- Longslagaders: zuurstofarm
- Longaders: zuurstofrijk

Grote bloedsomloop:
- Slagaders: zuurstofrijk
- Aders: zuurstofarm

Slide 28 - Tekstslide

Poortader
Poortader: zuurstofarm bloed van darmkanaal naar lever

Slide 29 - Tekstslide

Zelfstandig werken (alleen of fluisterend overleggen)
Lezen blz. 182 t/m 184

Maken opdrachten 3.2 De bloedsomloop


timer
10:00

Slide 30 - Tekstslide