In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Grieken en Romeinen - Uitvindingen
Slide 1 - Tekstslide
Katrollen
Slide 2 - Tekstslide
Katrollen
Katrollen
Slide 3 - Tekstslide
De vaste katrol
Een vaste katrol draait de kracht om. Je herkent een vaste katrol aan het feit dat hij VAST zit.
Slide 4 - Tekstslide
Vaste katrol
Bij een vaste katrol is de spierkracht gelijk aan de zwaartekracht.
Haal je b.v. 3 m touw in, dan gaat de last ook 3 m omhoog.
Het voordeel is dat je omlaag kan trekken.
Slide 5 - Tekstslide
De losse katrol
Een losse katrol maakt ons sterker.
De last wordt verdeeld over het aantal touwen waaraan de katrol hangt.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
Takel
Vaste katrol met losse katrol: verdeelt het gewicht over hoeveel katrollen je toevoegd.
Slide 8 - Tekstslide
Takel
Een takel heeft een vaste
en een losse katrol.
Haal je 3 m touw in, dan gaat de last de helft (1,5 m) omhoog.
Je benodigde spierkracht is maar de helft.
Slide 9 - Tekstslide
Winst en verlies
Wat je wint aan kracht, verlies je aan afstand.
Met een takel wordt je als het ware 'sterker' , maar moet je wel meer touw inhalen.
Tel je N ( N is een getal) touwen, dan gaat het hijsen N x zo makkelijk
Slide 10 - Tekstslide
Is het kleine katrolletje een vaste of losse katrol?
A
Vaste
B
Losse
Slide 11 - Quizvraag
Aantekening 2 par 14.3
Een takel is een combinatie van minstens 1 vaste en 1 losse katrol. Een takel halveert de kracht die je nodig hebt. Een dubbele takel (2 vaste en 2 losse katrollen) zorgt ervoor dat je maar een kwart van de kracht nodig hebt. Etc.
Wat je wint aan kracht, verlies je in afstand (=touw binnenhalen)