Aan het einde van de paragraaf kunnen/weten jullie:
- Je kunt de 4 functies van voedingsstoffen noemen en omschrijven
- Je weet wat voedingstoffen en voedingsmiddelen zijn en kan hier voorbeelden bij noemen
- Je kunt 6 soorten voedingsstoffen benoemen
- Je kunt de voedingsstoffen koppelen aan de juiste functie