1: Bezittelijke voornaamwoorden:> Mijn (mein-), jouw (dein-), zijn (sein-), haar (ihr-)
> Zelfde als ein- / kein- !
2: Werkwoorden met stam eindigend op -d / -t
Antwort (Antworten) / Red (reden)
> "Tussen-e" > Du Antwortest
> (3 personen (du/er-sie-es/ihr) krijgen een "tussen-e"