03 - hv1 - Chapitre 2 D (grammaire verbes en -er)

bonjour, comment ça va?
avez-vous:
-> vos livres?
-> vos cahiers?
-> vos trousses / stylos?
aujourd'hui nous sommes le                                       2024
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

bonjour, comment ça va?
avez-vous:
-> vos livres?
-> vos cahiers?
-> vos trousses / stylos?
aujourd'hui nous sommes le                                       2024

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

plenda -> devoirs
Faire (maken)
exercices 16 -> 17ab + 18ab + 19 (pages 72 -> 75)
Apprendre (leren)
grammaire D 'regelmatige werkwoorden op -er' (page 95)
Revoir (herhalen)
vocabulaire AB + phrases-clés C

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

qu'est-ce qu'on va faire?
  • vocabulaire AB
  • terugblik ->  lire Un diner en l'air à Bruxelles
  • D grammaire  -> werkwoorden op -er

Slide 3 - Tekstslide

prends ton livre à la page 66
vocabulaire AB page 92
Hoe leer JIJ vocabulaire? Welke manier past bij JOU het BESTE?
-> deze week SlimStampen <-
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

c'est quoi?
timer
2:00
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

        Gaat over regelmatige werkwoorden die op -er eindigen
  • Vraag 1 : hoe herken je een zelfstandig naamwoord?
  • Vraag 2: hoe herken je een werkwoord?
  • Vraag 3: welke werkwoorden ken je al in het Frans?
  • Vraag 4: welke van deze werkwoorden eindigen op -er?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


-> prends ton livre à la page 72
-> quel est le but de bron D?
-> fais l'exercice 16a (1 minute) 

timer
2:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

exercice 16c - page 72
onderstreep de letter(s) die je niet hoort
(let op: het gaat snel)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
2:00
welke werkwoorden ken je al die op -er eindigen? (je kent er al meer dan 20!)

Slide 10 - Woordweb

exercice 16d page 72
1.  aider
2.  adorer
3.  regarder
4.  organiser
5.  aimer
6.  détester
7.  parler
8.  jouer
9.  manger
10. inviter
11. habiter
12. s'appeler
13. payer
14. préférer
15. arriver
16. téléphoner
17. visiter
18. écouter
19. travailler
20. rentrer
.....
21. préparer
22. chercher
23. trouver
24. acheter
25. demander
26. changer
27. essayer


regels bij werkwoorden op -er
Veel werkwoorden eindigen in het Frans op de letters -er.
-> parler | manger | préférer | adorer | aimer | détester....

Als je -er weghaalt, dan houd je de stam van het werkwoord over -> parl | mang | préfer | ador | aim | détest ...

Achter de stam komt dan een uitgang

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

uitgang bij werkwoord op -er
-e
-es
-e
-e
-ons
-ez
-ent
je
tu
il/elle
on
nous
vous
ils/elles
je parle
tu parles
il/elle parle
on parle
nous parlons
vous parlez
ils/elles parlent
parler ->
-er weghalen
stam + uitgang

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

exercices 16d + 17ab + 18ab + 19 - p. 73/74
stap 1 -> wat is de stam van het werkwoord?
stap 2 -> wat is de juiste uitgang?
timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

regelmatige ww op -er
wat heb je erover geleerd?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

de stam van 'chercher' is
A
cherch
B
chercher
C
cherche
D
cherches

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

de stam van 'travailler' is
A
travailler
B
travaill
C
travaille
D
travailles

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is de stam van 'adorer'?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Nous ___________ à Wijk bij Duurstede.
A
habitez
B
habitons
C
habite
D
habitent

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tu (aider)_________ ma soeur.

Slide 19 - Woordweb

Tu aides ma soeur.
je -e
tu -es
il/elle -e
on -e
nous -ons
vous -ez
ils/elles -ent
Ma mère et moi (demander) un café.

Slide 20 - Open vraag

Ma mère et moi (= nous) demandons un café.
mes copines (regarder) le menu.

Slide 21 - Woordweb

Mes copines regardent le menu.
je -e
tu -es
il/elle -e
on -e
nous -ons
vous -ez
ils/elles -ent
Vous (travailler) ________ dans un café?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

fais les exercices 16d+17abc
timer
10:00

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

welke werkwoorden ken je al die op -er eindigen? (je kent er al meer dan 20!)

Slide 24 - Woordweb

aider
adorer
regarder
rigoler
aimer
détester
parler
jouer
habiter
s'appeler
rester
préférer
arriver
téléphoner
manger
préparer
chercher
trouver
acheter
demander
visiter
organiser
inviter
rentrer
changer
essayer


check 

kun je regelmatige werkwoorden op -er gebruiken?

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

plenda -> devoirs
Faire (maken)
exercices 16 -> 17ab + 18ab + 19 (pages 72 -> 75)
Apprendre (leren)
grammaire D 'regelmatige werkwoorden op -er' (page 95)
Revoir (herhalen)
vocabulaire AB + phrases-clés C

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies